Reynier de Klerk
11111
Gouverneur-generaal van Nederlands Oost-lndië
of mosterd na de maaltijd
No. 3
ZEEUWS TIJDSCHRIFT
Mr. P. H. W. F. Te liegen
TALRIJK waren de Zeeuwen, ook
reeds voor de oprichting der Ver
enigde Oostindische Compagnie, die
de Zeeuwse handelsvloten bemanden naar
Oost en naar West. Onder de landvoogden
echter, die het koloniale rijk stichtten, uitbreid
den en bevestigden vinden wij slechts één
Zeeuw. Voldoende reden om de helaas spaar
zame gegevens omtrent deze gouverneur-
generaal nog eens bijeen te brengen en voor
vergetelheid te bewaren.
Wij ontmoeten hem in REYNIER DE
KLERK op 8 november 1710 te Middelburg
geboren uit een groot gezin dat behoorde tot
de gegoede burgerstand.
Zijn ouders hadden hem voor de handel be
stemd, hem zelf trok de zee en op 15-jarige
leeftijd werd hij geplaatst als adelborst op een
oorlogsschip dat als bestemming had de re
tourvloot uit de Oost op zee op te vangen en
verder naar huis te begeleiden.
Die eerste zeereis was hem blijkbaar zo goed
bevallen dat hij na aankomst dadelijk weer
aanmonsterde, nu bij de koopvaardij; eerst als
gewoon matroos en in 1731 als „derde waak".
Ditmaal zag hij voor het laatst de Zeeuwse
kust aan de einder verdwijnen want eenmaal
in Batavia aangekomen zou hij zijn vaderland
niet meer terugzien maar in dat Oosten zijn
bestemming vinden en zijn loopbaan bekroond
zien door het bereiken van het hoogste ambt.
Zijn portret toont hem als gouverneur-
generaal, welke functie hij bekleedde van
1777 tot 1780, nadat hij dus meer dan veertig
jaren zijn onmiskenbare gaven had gewijd aan
de behartiging van de belangen der V.O.I.C.
Het lijkt geen gemakkelijk heer; een sterke
geest in een sterk lichaam die het zware leven
in het tropisch klimaat goed hebben doorstaan.
Het hoge voorhoofd bergt een helder verstand,
de krachtige kin, de scherp getrokken neus
tonen de wil om door te zetten wat de ge
sloten mond wist te verzwijgen tot hij be
velen kon.
81