Zeeuws prentenboek
j L4 L c Ij
No. 5 ZEEUWS TIJDSCHRIFT
Toen in 1913 het eeuwfeest van
de Nederlandse onafhankelijkheid
werd voorbereid, gewaagden pers
en feestprogramma van het jubel
jaar. Nu er aan de hele nog een
halve eeuw is toegevoegd voelt
niemand behoefte aan zulke uit
bundigheid als jubelen. De her
denking is nauwelijks meer ge
worden dan een bescheiden over-
heidsaangelegenheid.
Lauwheid inzake patriottische
gevoelsuitingen, wordt vaak be
weerd, is een typische karaktertrek
van het Nederlandse volk. Maar
1913 dan? Er is toen wel degelijk
gefeest, uitbundig en allerwegen. Is
in de laatste vijftig jaar het volks
karakter zo sterk veranderd?
Mogelijk. Waarschijnlijker lijkt
mij, dat de Nederlanders van 1963
het „herstel der onafhankelijk
heid" in een recenter verleden
zoeken dan in de novembermaand
van 1813. Daarenboven: mocht
het volkskarakter in de afgelopen
halve eeuw al onveranderd zijn
gebleven, de wereld waarin wij
leven is dat bepaald niet. De moe
ders en grootmoeders van de da
mes, die nu „Schuld en boete" (of
een politiefilm) op het trilscherm
volgen, schaarden zich in 1913 ge
zellig met hun buurvrouwen om de
tafel, teneinde slingers en papieren
roosjes te maken voor de erepoort.
No. 131
No. 132
151