No. 5 kijkmarkt lijden aan die kwaal. "Wij hebben nergens tijd voor. 1913 komt niet terug en er is geen reden dat te betreuren. Met dat al was het toch een alleraar digst jubeljaar. Vlissingen, hoewel in het voor jaar van 1814 bevrijd, vierde zijn jubelfeest op 8 en 9 augustus 1913. Stel het u voor: de Commissaris der Koningin kwam per elektrische tram naar de Keersluis, waar de landauers gereed stonden. De voorzitter van de feestcommissie wees er in zijn welkomstwoord op, dat het herkrijgen van de onaf- kelijkheid niet alleen leefde in de harten van de meer gegoeden, maar ook in de kringen van de arbeid. „Daarvan geeft het bij uitstek de mocratische deel van Vlissingen, nl. het Eiland, het bewijs." Voor onze kritische oren heel interes sante woorden, die, haarfijn ont leed, niet minder interessante ge dachten en gevoelens van de spre ker aan het licht zouden brengen. Enfin, het startschot voor de vier sloepen in de roeiwedstrijd viel Na afloop maakte de commis saris een rijtoer door de versierde wijken. In de Palingstraat prijkten drie erepoorten, in de Nieuw- straat stond een obelisk. De Van Dishoeckstraat geurde met een poort, waarop een vluchtende Napoleon, levensgroot! Een ave rechtse triomfboog, is men geneigd te zeggen. De kinderspelen, met staartje steken en ringlopen, ontbraken zo min als de Uitvoering eener Can tate in het Grand Hotel des Bains. Ik mag u de eerste strofen van de Inleiding tot dit zangstuk niet onthouden: No. 136 No. 137 OnafIi2r>S<#"jKh s s ast ta fMdtip'bj, - EK.} -'-nhA' y No. 138

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1963 | | pagina 25