Mededelingen van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen No. 5 ZEEUWS TIJDSCHRIFT pitcher had gone to the well too often; and Jumbo's and my plan to send him to safety had come to nothing. A gallant, handsome Irish gentleman and most admirable soldier, we owed much to the standards he had set. Bare-headed and hunched against the cold wind I stayed a little while, then moved on Zoutelande BOEIEND wordt de bevrijding van Zoutelande beschreven. Een arrogante, gevangen genomen Duitse officier vertelde, dat de bewoners de Engelsen haatten omdat zij het eiland onder water hadden gezet. Wanneer de Duitser in het amfi bievoertuig van Moulton de vriendelijke ontvangst bij de bevolking meemaakt, blijft van zijn arrogantie niets over. Als Moulton de bevolking complimenteert met hun houding, krijgt hij ten antwoord dat zij het water verkiezen boven de Duitsers. De legerpredikant en de dominee van Zoutelande houden samen een dankdienst in de geteisterde kerk. Het laatste schot van het oor logsschip Erebus had het dak getroffen. Te Domburg werden de doden van het 48ste commando begraven: 32 man. Men telde honderd gewonden. De strijd om Walcheren betekende tevens de laatste, volledige inzet van dit commando. Als motto voor het gehele boek is de uitspraak van Arthur Bryant gekozen: „In the day of battle everything turns, not as in a ship on the captain, but on the individual private." De ideologische grondslagen van het Communisme Onder deze titel hield dr. J. H. J. van der Pot, biblio thecaris van het Leeskabinet te Rotterdam, op 7 oktober 1963 te Zierikzee een voor dracht voor de op Schouwen- Duiveland en Tholen woon achtige leden van het Zeeuwsch Genootschap. Op 8 oktober werd deze voor dracht te Middelburg her haald voor de overige leden. Ten behoeve van degenen, die niet in de gelegenheid waren deze interessante le zing persoonlijk bij te wonen, volgt hieronder een résumé. Dr. Van der Pot begon met er op te wijzen, dat de ideolo gie van het Communisme in de Sow jetunie nog altijd zeer actueel is. Vooral sinds 1956 verschijnen er talrijke hand boeken over dit onderwerp, ook ten gebruike bij middel bare en universitaire oplei dingen. Het Communisme is geba seerd op het Historisch Mate rialisme, door Karl Marx in 1848 in het „Manifest" om schreven. In de volgende twee axioma's ligt de inhoud van de leer van het historisch ma terialisme geheel besloten: 1. de maatschappij ontwik kelt zich onontkoombaar uit de oervorm van de pri mitieve samenleving via slavernij, feodalisme, kapi talisme en socialisme, naar het communisme; 2. deze ontwikkeling heeft plaats onder invloed van uitsluitend economische factoren. Hiermede is het karakter van h'et Communisme bepaald als zijnde een geseculariseerde heilsleer; geseculariseerd, om dat het, in tegenstelling tot het Christendom, de heilstaat reeds op aarde in het vooruit zicht stelt en deze tot stand laat komen zonder Goddelijke inmenging. Ter wijsgerige uitbouw en fundering van de leer van het historisch materialisme, heb ben de Sowjetfilosofen sinds Engels en Lenin de leer van het dialectisch materialisme tot ontwikkeling gebracht. Hierbij wensen zij zich uit drukkelijk te onderscheiden van het door hen als „vul gair" aangeduide 19e eeuwse materialisme. In tegenstelling tot het z.g. „vulgaire" mate rialisme erkennen zij n.l. wel, dat er een verschil bestaat tussen materie, leven en be wustzijn, maar zij proberen te bewijzen, dat het leven zich uit de materie, en het bewust zijn zich uit het leven dialec tisch ontwikkeld zouden heb ben. In de dialectiek van Hegel wordt alles op deze aarde be schouwd als gedachten van de wereldgeest. Daar elke ge dachte (these) te beperkt is om het geheel te omvatten, leidt zij tot haar tegengestel de, (antithese). Uit deze te genstelling ontstaat dan een synthese, die op zijn beurt these wordt, een antithese op roept, enz. De Sowjetfilosofen nu ma ken gebruik van dit dialec tische systeem, maar gaan daarbij niet uit van een we reldgeest, maar van de mate rie. Dit impliceert, dat ze aan nemen, dat in de materie zelf een tegenstelling, een negatie aanwezig is. Het Westers den ken verwerpt deze redene ring: wij kunnen accepteren, dat een gedachte een tegenge stelde gedachte oproept, maar niet, dat er in de materie een tegenstelling, een negatie aanwezig is, dat het dus mo gelijk zou zijn, dat een ding 157

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1963 | | pagina 29