Alva de namen van officieel geregistreerde vluchtelin
gen bewaard gebleven. Toen zijn er in betrekkelijk
korte tijd meer dan negentig personen uit Middelburg
gevlucht, bijna vijftig uit overig Walcheren, meer dan
dertig uit Zierikzee en Tholen en twaalf uit Sommels-
dijk. De goederen van al deze mensen zijn verbeurd
verklaard.
Hagepreken
De eerste hagepreek op Schouwen heeft 7 juli 1566
even buiten Zierikzee plaatsgevonden voor een gezel
schap van naar schatting 300 a 400 personen. De vol
gende geschiedde 22 juli aan de dijk van Stakersweel.
Daar was Jacob Jorisz. voorganger. Kort daarop klagen
de rooms-katholieken te Zierikzee dat hun collecten
veel minder opbrachten dan voorheen. In februari 1567
preekte Jacob Jorisz. binnen de muren van Zierikzee.
Hij werd door de magistraat vermaand naar aanleiding
van een schrijven van de hertogin van Parma. Daarop
verzocht hij een afschrift van deze missive en veertien
dagen bedenktijd. 31 maart andermaal op het stadhuis
ontboden, werd hem het preken verboden. Hij ant
woordde deze dag nog te zullen voorgaan en er dan
veertien dagen mee op te zullen houden onder voor
waarde dat in die tijd de Papen" geen kinderen
zouden dopen. Indien onvermijdelijk moesten de ouders
de nooddoop dan maar toepassen. Natuurlijk bewillig
de de raad hierin niet. Na die tijd horen we niets meer
van hem te Zierikzee, doch twee jaar later heeft
Jacob nog te Haamstede gepreekt.
De eerstbekende hagepreek op Walcheren vonden
we 30 juni vermeld in de parochie Koudekerke „in
Slabberduyn omtrent Dycxhoecke". Spoedig daarna
moest gerapporteerd worden dat er alom in Walcheren
veel verboden bijeenkomsten gehouden werden.
Te Koudekerke is zelfs in de kerk gepreekt. 6 oktober
hield de doopsgezinde predikant Hans Bosschaart een
predikatie bij de molen van West-Souburg. Hij raakte
in debat met een calvinist, doch de bijeenkomst werd
door de stadhouder en zijn dienaars uiteengedreven.
Drie dagen later was een soortgelijke vergadering, die
eveneens verstoord werd in een boomgaard onder de
rook van Middelburg.
Te Biggekerke hield de pastoor zelfs een calvinistische
preek in de kerk, iets wat hij uiteraard niet vaak heeft
kunnen herhalen.
De calvinist Sampson ging voor in de omgeving van
Zoutelande, waar de doopsgezinde Heydrick Alewyns
in een lijnbaan preekte.
In 1569 zijn ten huize van de blinde gebroeders Adri-
aen en Jan Huygesz. te Haamstede verboden vergade
ringen gehouden, tengevolge waarvan ze gevangen
naar Zierikzee zijn gebracht. Misschien waren ze ver
want aan Lenaert Hugesz. die tegen de duinen bij
Haamstede op een boerderij woonde en eveneens
godsdienstoefeningen (hij van de doopsgezinden) in
zijn huis toeliet. Deze heeft, na betoond berouw, ab
solutie van de Middelburgse bisschop ontvangen, doch
moest toch nog een boete van niet minder dan 420,—
betalen.
Beeldenstorm
Reeds in juli 1566 werden de kerken op Schouwen op
veel plaatsen bedreigd, zodat de rentmeester van Be-
oostenschelde met baljuw en wethouders van Zierikzee
„hem perplex vonden". Enige notabelen van het stadje
hebben de hoofden bij elkaar gestoken, wachten bij
kerk en poorten ingesteld en op hun verzoek van de
prins toezegging gegeven dat hij zo nodig zou helpen.
Daardoor zijn „te dyer tyt alle de kercken van beoister-
schelt geconserveert".
Op Walcheren opende Middelburg 22 augustus de rij.
Zowel de abdij- als de Westmonster- en de St. Pieters
kerk moesten er aan geloven. Zelfs een burgemeester,
een notaris en een chirurgijn deden er aan mee of
sympathiseerden met de beeldenstormers. Gheleyn
Jansen, afkomstig uit Veere, haalde met een touw het
beeld van Onze Lieve Vrouw uit de Abdijkerk naar
beneden. Tijdens zijn verhoor deelde hij mee dit ge
daan te hebben op verzoek van Pauwel Stoffelsen, die
hem een halve daalder per dag uitbetaalde. Hij moest
zijn daad met de dood bekopen.
Uit de verhoren blijkt, dat meer beeldenstormers voor
hun werk betaald zijn. Er was dus al een georgani
seerde ondergrondse. Het schijnt niet meer na te gaan
of dit geld van de consistoriën afkomstig was of dat
particulieren er de hand in hadden. Wel kennen we
twee rijke broers van Spaanse afkomst, te Middelburg
woonachtig, die de watergeuzen 6000,— toestopten,
't Leek wel of Middelburg in een gekkenhuis veranderd
was. We wijzen er alleen op dat de doopsgezinde
broers Anthony en Levyn Coppens rentmeester Philibert
van Serooskerke dwongen de gevangenis te openen,
tengevolge waarvan eenentwintig om het geloof ge
arresteerden vrijkwamen.
Te Arnemuiden overhandigde de baljuw de sleutels
van de kerk, die hij eerst van de kerkmeesters afge
perst had, aan de beeldenstormers.
25 augustus kregen Oost- en West-Souburg een beurt.
De schout bleek hier niet zuiver. Toen alles in oktober
dunnetjes werd overgedaan, bleken er een aantal
Vlissingers bij betrokken te zijn.
Ook Veere en de meeste dorpen van Walcheren wer
den niet vergeten. De kloosters waarvan we Soetendale
en Waterlooswerve noemen, werden evenmin overge
slagen.
Te Tholen en op diverse plaatsen in de omgeving
werden „de beelden ook ter Kerke uitgestommeld".
In de sententien van Alva worden hier meer dan vijftig
personen opgesomd die als beeldenstormers gearres
teerd zijn. De meesten van hen verloren het leven.
Natuurlijk vluchtten veel anderen.
De aanslag op Walcheren
Onze geschiedenisboeken vertellen dat de 80-jarige
oorlog in 1568 begint, ook al vindt de slag bij Ooster
weel, waarbij meer manschappen betrokken zijn ge
weest dan bij de slag bij Heiligerlee, in 1567 plaats.
Dat er een week vóór Oosterweel een aanslag op
Walcheren gedaan is, is minder bekend. Toch had
deze aanslag, indien ze met succes bekroond was
geweest, een vroegere invoering van de hervorming in
Zeeland kunnen bevorderen. Jan van Marnix, heer
van Toulouse, broer van de meer bekende Philips, heer
van St. Aldegonde, rustte in het voorjaar van 1567
een legertje uit en zou hiermee Antwerpen bezet
hebben, indien de prins van Oranje had meegewerkt.
Toen is een gedeelte van dit legertje naar Walcheren
getrokken onder bevel van Pieter Haak, de vroegere
baljuw van Middelburg. Zijn schepen werden evenwel
139