Een beeldverhaal" door
M. P. de Bruin
Wat heeft de klerk, die belast was met het optekenen van de sententies (vonnissen) van de vier
schaar van Zierikzee, bezield om zijn werk te illustreren met aanschouwelijke voorstellingen
van de opgelegde straffen? Dit zal voor ons altijd een raadsel blijven. Het nageslacht kan er
uit afleiden hoe zwaar de straffen waren. Het krijgt wel een zeer realistische indruk van de
tenuitvoerlegging van sommige vonnissen.
Het „waerheytbouck der stede Zyriczee" 1), 1541-1570, ook wel omschreven als het register
van vonnissen in criminele zaken, is de bron van dit beeldverhaal. Het in de vonnissen ge
noemde 's Gravensteen is nog aanwezig 2). Voor in het boek vindt men o.a. een notitie
uit 1570:
,,Eere voor ghout,
Ghesontheyt voor al."
Nevenstaande afbeeldingen en vonnissen vormen slechts een beperkte selectie uit het waer
heytbouck.
Rijksarchief in Zeeland, inventaris-Lasonder, Rechterlijke enr. archieven, no. 3847.
2) Voor een beknopte beschrijving zie: Oudheidkundig Jaarboek 1921, pag. 92 en 93; op bovenstaande afbeel
ding geheel links.
119