50%. Op grond hiervan kwam het E.T.I. in een studie tot een minimale woningbehoefte om streeks de jaren 1972-1975 van 550 en tot een maximale van ruim 1.000 per jaar. Deze cijfers zijn gebaseerd op de eerder in deze publicatie genoemde prog noses, zij lopen omstreeks 1970 snel tot dit aantal op, maar kunnen ook worden aangepast als de ontwikkeling anders ver loopt. Ook van de huurwaarde verdeling is een schatting ge maakt. De snelle sprong die Zeeland maakt stelt, zo blijkt ook hier, de steden voor grote aanpassingen. De laatste twee jaar schommelt de produktie van woningen in Middelburg rond 300. Op korte termijn moet zij worden opgevoerd tot 450. Momenteel wordt tezamen met Vlissingen, Goes en Souburg een industriële bouwstroom op gezet. Deze samenwerking ga randeert een verstandige distri butie van een groot contingent dat kan worden aangepast aan de ontwikkeling van een om vangrijk homogeen gestructu reerd gebied. Voor opgeschroef de aparte contingenten van de steden zouden beleggers geen belangstelling hebben. Enige punten zijn nog van be lang. Het eigen industrieterrein van 95 ha, waarvan in 1966 25 ha in aanleg komt, beoogt het grote kanaal door Walche ren verder te benutten. Het mi nisterie van economische zaken verleent hieraan infrastructuur subsidies. Nodig is ook het verouderde wegenstelsel om en naar Mid delburg radicaal te vernieuwen en uit te breiden. Behalve naar de vermelde in- en uitgangen wordt gestreefd naar een twee de brug over het kanaal voor het interlokale verkeer van Zuid-Beveland naar Walcheren en van Middelburg via de zee haven naar Zuid-Beveland. De ze brug vraagt aan de centrum zijde kostbare verkeersdoorbra- ken en saneringen. Loodrecht op de zeehaven en op de rijks weg 58 dient een wegverbin ding die later tot vier stro ken moet worden uitgebreid te komen. Het Middelburgse in dustrieterrein dient spoedig te worden verbonden met de zee haven en Middelburg-Zuid. Tot nu toe zijn bij wijze van illustratie de problemen van stadsontwikkeling aan de orde gesteld van Terneuzen en Mid delburg. In de eerste stad is het groeiproces in volle gang, in de tweede is hierop reeds vooruitgelopen, een anticipatie waar verschillende ministeries geruime tijd geleden al op heb ben aangedrongen. Het is niet mogelijk soortgelijke vraagstuk ken in alle gemeenten weer te geven. Wij volstaan met een zo representatief mogelijke keuze. De problemen zullen in het kort worden aangeduid. 173

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1965 | | pagina 129