het lagere volk", en dat Ome toen rood van kwaad heid werd. Dit klopt wel met jouw politieke analyse, maar het blijft een visie van eerstbeginnenden. En van een ongetwijfeld gecompliceerd mens als de wiskundeleraar van der Corput en zijn hele Gonio metrie herinner ik me bijvoorbeeld alleen maar goed, dat hij vóór een repetitie de klas nieuwe spiekmethoden leerde teneinde de sportiviteit van de aanstaande krachtmeting te verhogen. Een briefkaart met gonioformules onder de bank zoda nig met een punaise vastprikken, dat je hem lezen kon doch onzichtbaar kon laten wegdraaien als de leraar er aan kwam, was een dier geniale metho den. Een andere was, om het briefje met de formules in je holle linkerhand boven je schrift op je bank te hebben doch door je mouw heen met een touw tje verbonden met een knoop op je borst. Als de leraar er dan aankwam, aldus van der Corput, hoefde je alleen maar heel diep te ademen om het spiekbriefje vanzelf weg in je mouw te laten schie ten. Speciaal voor meisjes had hij nog een ingenieu ze derde methode: onder de jurk het briefje in de directoire gestoken en de jurk kuis rechtslaan bij onraad. Je kunt het merkwaardig noemen, dat ik van deze lessen in corruptie alles zo goed onthou den heb en van de hele edele goniometrie helemaal niets; wellicht wijst het op een karaktertrek van mij, maar je kunt het niet een kijk op een leraar noe men, die in de schaduw van jóuw observaties kan staan. De ware leraarsziel is voor mij zo verborgen gebleven als die van het menselijk skelet, dat in het Plant- en Dierkundelokaal óók voor de klas stond; zelfs of het mannelijk dan wel vrouwelijk was, is nooit tot mij doorgedrongen. En dus, amice, moet ik in deze laatste brief roem loos verstek laten gaan. Ik moet het af laten weten, hoewel ik toch een waar verleden-fetichist ben. In de Plant- en Diertuin van mijn Zeeuwse jeugd wan delen vrijwel alle figuren, zelfs de leraren, met allemaal even mooie aureolen om de hoofden, en het lot, dat mij uit die Hof van Eden wegsnoeide vóór ik tot kennis van het onderscheid tussen goed en kwaad gekomen kon zijn, heeft mij dus een wel daad bewezen. Het aangenaam resultaat is, dat ik mij alleen maar een Walcheren kan herinneren, dat stralend wit was van geurende Meidoorn, terwijl jij met kennis van zaken van de veerdelige bladvorm van een éénstijlig gewas uit de familie der Rosa- ceeën kunt spreken op een wijze, waar de betere abonnees op het Zeeuws Tijdschrift houvast aan kunnen hebben. Ik heb zelf met geboeidheid je Schoolflora gelezen, maar moet bekennen dat aan mij het juiste aantal meeldraden van Kubus, de stamper van Ome of de bloeiwijze van Roel nimmer duidelijk is geworden. Ik ben onbekwaam om het verder determineren met enig succes aan te vatten. Ik kan alleen maar beleefd mijn petje afnemen, als het collectief dier leraren en leraressen nog eens in een laat Vrij Kwartier der Herinnering imponerend langs komt wandelen. En hiermee is dan onze correspondentie voorlopig voorbij. Erkentelijk ben ik het Zeeuws Tijdschrift dat de brieven uitlokte. Vaarwel dan, Domburger -ik wuif je na zoals ik honderd malen stoomtrammen heb nagewuifd, als ze Domburgers weer verder naar hun bestemming reden nadat ik er op nobeler bodem uit was ge stapt. Thanks for the memory! Ik ben dank zij deze brieven nóg eens een keer in de vroege vroegte uit mijn dorp naar de Grote Stad getramd, met Jo, Zus en Frans. We hebben nóg eens gevieren zitten blokken op huiswerk; stadskinderen hebben 's avonds huiswerk kunnen maken maar op dorpen is er waarachtig altijd wel wat beters te doen. Het blokken is gelukt, we zijn er zowat mee klaar gekomen behalve dan je zuster Jo, die niet aan haar Duits toegeraakt is. Maar dat geeft niets want ze heeft Duits in het eerste uur. We zullen dus na aankomst goed opletten of direc teur Zimmermann conciërge Bruëll niet op lage spionage heeft uitgezonden en dan gevieren soli dair heel, heel langzaam van de tram naar school lopen. Bij aankomst zullen de overhoorbeurten van het eerste uur dan zeker al voorbij zijn.... ja, meneer, laat zijn we wel vanochtend, de tram moest zó ontzéttend lang met suikerbieten rangeren in Koudekerke. Nah, schade, setze dich geschwind, Johanna. O, brave tram, hoeveel missen van hoe veel beurten in eerste uren heb je gewillig en on verdiend op je brede rug genomen! Wat heb je ons van welverdiende onvoldoendes gered; hoe menig Kerst-, Paas- of Overgangsrapport heeft door jou zodoende nog nét het noodzakelijk-geflatteerde beeld van onze wetenschappelijke vorming ver toond De schooldag is voorbijgegaan en de terugreis uit wetenschappelijk Middelburg naar de vrije natuur is volbracht. We zijn er. Ik zie mij weer voor mijn stationnetje staan, bereid tot nawuiven van de weg schuivende tram ook al zullen de rails daarvan al spoedig vijandelijk gebied bereiken. Vaarwel dan, Domburgers. Tevreden wandel ik naar huis. Vaar wel, van Schagen. Laat mij, nu ook deze correspon dentie gaat wegschuiven in hetzelfde verleden als dat van onze hele goede jeugd, je bekennen, dat ik in het milde licht der herinnering toch wel enig oog voor iets in zekere zin menselijks aan de ande re kant van onze gemeentegrens gekregen heb. Bedankt voor je brieven, die aan het verkrijgen van dit laat pacifistisch inzicht hebben meegewerkt. Thanks, thanks for the memory! A. VIRULY

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1965 | | pagina 24