Verkeer
ERKEER EN WATERSTAAT zijn onaf
scheidelijke begrippen, die wij alleen
zullen onderscheiden waar het Del
taplan aan de orde komt als een object
waarin schier alle sectoren zijn geïnte
greerd.
De samenhang tussen de begrippen verkeer
en waterstaat wordt pas goed duidelijk in
dié gebieden, waar in het verleden in de
strijd tegen het water grote verliezen moes
ten worden geboekt. Door een aantal hoge
stormvloeden in de 15e en 16e eeuw werd
de vloedkom van de reeds bestaande zee
gaten in Zeeland sterk vergroot met als
gevolg een toeneming van de getijdestro
men en voortgaande achteruitgang van de
oevers. De later weer volgende inpolderin
gen konden het aanzien van Zeeland niet
essentieel wijzigen. De grote zeearmen met
hun algemeen oost-west gerichte assen ble
ven bestaan en werden eer omvangrijker
dan geringer. Eerst de economisch-tech-
nische ontwikkeling van de jaren na de
tweede wereldoorlog gecombineerd met
een sterker zelfbewustzijn van een bescha
ving, die de voortdurende bedreiging niet
meer accepteert, maakte een radicale op
lossing mogelijk, namelijk de afsluiting van
de zeegaten en een afdoende verhoging
van de Westerscheldedijken.
Voor Zeeland betekent dit een fundamen
tele wijziging van het geografisch grond
patroon, welke voor de inrichting van land
en water geheel nieuwe mogelijkheden
opent. Wij zullen deze in perspectief schet
sen.
De snelle ontwikkeling van het toerisme en