Van nabij en verre Boekbesprekingen Twintig jaar Zeeuwse landbouw Twintig jaar herstel en vernieuwing Samenstelling: G. A. de Kok Anders dan de ondertitel op het eerste gezicht sug gereert is dit boek veel meer geworden dan een ver handeling over de landbouw in Zeeland. Wie zich rekenschap geeft van de hoofdtitel wordt dit duidelijk. Een citaat van Werumeus Buning kan bezwaarlijk aan het hoofd staan van een tractaat. Blijkt bovendien dat „van nabij" een tijdsbegrip is, een optiek van mensen die tijdgenoot zijn en dat „van verre" een plaatsbe paling is en wel vanuit de achtergrond van de totaliteit van het gebeuren. Om dezelfde reden is wat ZLM vice-voorzitter, de heer P. J. J. Dekker, schrijft niet helemaal waar. De vorm geving, die van de reportage, is inderdaad eigentijds, maar er is geen sprake van een vervolg op het land bouw- en ZLM-boek (1843-1943) van prof. Bouman. Het monumentale boek van Bouman is een bronnen studie; het behandelt uitsluitend de landbouw in brede zin. Een vervolg op dit boek zou even eigentijds zijn, zolang althans historische studie's in zwang blijven. Het vorenstaande is een kenschets, die aangevuld moet worden met de aanleiding tot het boek. Ir. M. A. Geu ze was 28 jaar toen hij in 1945 voorzitter van de ZLM werd. Twintig jaar later, in 1965, treedt hij af. Ter ere van hem verschijnt dit boek. De periode-Geuze is afgesloten, al voegt de auteur er aan toe dat men sen en periodes schakels in de tijd zijn. Wij kunnen wel onderscheiden maar niet scheiden. Een karakterschets van ir. Geuze wordt nauwelijks gegeven. Hij is bij uitstek Zeeuw, spreekt als geen vóór hem de taal van de Zeeuwse boeren en paart deze gevoelseigenschappen aan een wetenschappelijke vorming. Onrechtstreeks is er over Geuze heel wat uit deze reportage te halen. In de eerste plaats dachten wij de mens achter de schermen die hij niet alleen in de landbouw is. Hoeveel van hem is er in de beschre ven omschakeling van de Zeeuwse landbouw, richting gevend, stuwend of instemmend en dan meer passief. Want hij is niet iemand die zijn tijd verspilt aan din gen die het verloop hebben dat hij zich wenst. Hij is dan waakzaam, houdt zich op de hoogte, weet met welke mensen hij zich moet omringen. Zijn citeren van Buning is geen toevalstreffer, want hij kent zijn poëten en trouwens ook de sociologie die hij nodig heeft om de evolutie van boer en samenleving Een bekend verschijnse! in het rampgebied was het nog eenmaal bloeien van geïnundeerde fruitbomen

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1965 | | pagina 8