nieuw aspect is de oplevende pleziervaart,
die werk levert aan een paar gespecialiseer
de werven.
Lit.: J. van Beylen, 1956-1957. Zelandiae Descriptio, een
merkwaardige tekening van het eiland Walcheren en
de visserij op de Noordzee in de 16e eeuw, in: Meded.
van de Marine Academie. Antwerpen. X; J. van Beylen,
1965. Zeeuwse vissersschepen van de Ooster- en Wes-
terschelde. Amsterdam; J. Denucé. De loop van de
Schelde, van de zee tot Rupelmonde in de XVe eeuw.
Antwerpen; M. K. E. Gottschalk, 1955-1958. Historische
geografie van westelijk Zeeuwsch-Vlaanderen. Assen;
H. G. van Grol, 1936. Het beheer van het Zeeuwsch
Zeewezen 1577-1587. Vlissingen; W. S. Unger, 1939.
De tol van lersekeroord, in: Rijksgeschiedk. Publ., KI.
serie, 29. 's-Gravenhage; Zeeland, schepen en scheep
vaart, 1961. Cat. van de tent. gehouden in het Nat.
Scheepvaartmuseum te Antwerpen. Antwerpen.
J. V. B.
SLABBER, MARTINUS. Middelburg 31.10.1740
- 's-Gravenpolder 30.4.1835. Was aanvan
kelijk administrateur van de heerlijkheden
Baarland, Bakendorp en Oudelande, later
ook burgemeester van Goes, en tenslotte
rijksontvanger over een groot deel van Zuid-
Beveland. Hij verzamelde o.a. zeedieren en
vogels. Publiceerde tussen 1769 en 1778 Na
tuurkundige verlustigingen, behelzende mi-
croscopise waarneemingen van in- en uit-
landse water- en land-dieren, en in 1816 Ver
handeling over het opzetten van vogels.
Slabber schonk aan het Zeeuwsch Genoot
schap der Wetenschappen te Middelburg
een tand van een Narwal met zilver besla
gen.
Lit.: F. Nagtglas, 1893. Levensberichten van Zeeuwen.
Middelburg, p. 634-636.
v. B. J.
TOERISME. Enkele Zeeuwse kustplaatsen, zo
als Domburg, Zoutelande, Haamstede heb
ben reeds vóór 1940 een recreatieve functie
vervuld. Deze vooroorlogse toeristische be
drijvigheid is echter nauwelijks te vergelijken
met het massa-toerisme, dat Zeeland sinds
enkele jaren kent. De spectaculaire groei
blijkt uit onderstaande tabel, waarin voor
een drietal gemeenten en voor geheel Zee
land het verloop van het aantal overnach
tingen is weergegeven.
Aantal toeristische overnachtingen
Westerschouwen
Westkapelle
Vrouwenpolder
Zeeland
Deze snelle ontwikkeling is voor een groot
deel te danken aan de uitbreiding van het
aantal kampeerterreinen.
Voor de Walcherse badplaatsen was de ver
deling van het aantal overnachtingen over
de verschillende logiesvormen in 1965 als
volgt:
Hotels - pensions 217.000
Gemeubileerd 415.600
Zomerwoningen 235.300
Kamperen - huisjes876.600
Overige vormen62.600
Totaal Walcheren 1.807.100
(w.v. 648.900 buitenlandse)
Het verblijfstoerisme is in Zeeland vrij een
zijdig op de stranden georiënteerd. De tota
le oppervlakte droog strand bedraagt circa
350 ha. Vooral bij Westerschouwen en bij
Oostkapelle-Vrouwenpolder heeft het strand
nog voldoende reserve-capaciteit om een
sterke uitbreiding van de bezoekersstroom te
kunnen opvangen.
De opkomende watersport geeft enige ver
breding aan het Zeeuwse recreatiepatroon.
Het Veerse Meer met jachthavens te Wol-
phaartsdijk, Kortgene, Veere en Vrouwenpol
der maakt een snelle ontwikkeling door. Ook
in Zierikzee, Bruinisse, Sint-Annaland, Yerse-
ke, Breskens, Terneuzen en Vlissingen is wa
tersportaccommodatie aanwezig.
Als verdere attracties kunnen genoemd wor
den: de oude steden, het polderlandschap,
het viswater, de Deltawerken, de kleder
drachten, de winkelcentra en weekmarkten
(dagtoeristen).
Bedrijfseconomisch gezien levert het ver-
blijfs- en dagtoerisme belangrijke baten op.
De bestedingen van de toeristen (circa 75
miljoen in 1965) en de investeringen in de
toeristische accommodatie brengen in vele
middenstandsbedrijven een stijging van
omzetten, arbeidsbezetting en ondernemers
winst te weeg. Tegenover deze baten staan
belangrijke kosten voor de publiekrechtelij
ke organen, die de recreatieve ontwikkeling
moeten stimuleren en begeleiden.
Bij de verwachte verdere groei van de toe
ristische bedrijvigheid zullen de bestuurs-
technische en ruimtelijke consequenties
steeds meer aandacht vragen.
d.S.
1959 1961 1963 1965
283.000 380.000 466.000 895.000
90.000 151.000 221.000 294.000
84.000 102.000 154.000 285.000
1.600.000 2.250.000 3.000.000 4.250.000
Bron: Ver. Ned. Gemeenten aangevuld met schattingen.
VADER, JAN. Meliskerke 1.3.1875 - Middel
burg 20.3.1966. Volkskundige, kleinzoon van
de wagenmaker-oefenaar Jan Vader (1819-
1901). Ook zijn vader was te Oostkapelle
wagenmaker; bij hem was hij met een korte
onderbreking van zijn 13de jaar af werk
zaam, tot hij in 1908 het bedrijf van hem
overnam. In 1916 begon hij bomen op te
kopen voor een grote houthandel in Holland,
waarop hij zich uitsluitend toelegde nadat
77