iu:riGi:.\ op zoom
U»r1tm<J*sW
omei
19e eeuwse oesterbedrijven te Bergen op Zoom
tegen een prijs van 20,per duizend stuks bij
partijen beneden de 15.000 (franco scheepsboord).
Onbehandeld werden de her en der opgekochte
oude dakpannen verkocht voor 7,50 per duizend
stuks.
Uitgangssituatie
Een uitvoerige beschrijving van de1 bevindingen der
verschillende Zeeuwse visserijtakken in de jaren ze
ventig en tachtig der vorige eeuw mag dan voor
visserij-ingewijden prettige kost zijn, voor minder
ingewijden, die overigens in grote lijnen wel enige
belangstelling kunnen opbrengen, voert het daar
entegen te ver ons er hier tot op de bodem in te
verdiepen. Het wordt dan ook een kwestie van lave
ren, zeker ook een goed iets temidden der ruimte
van onze Zeeuwse wateren. Aantrekkelijk is ook de
middenweg, die kronkelend verloopt en waarbij
men soms, zoals op veel van onze kronkelende
wegen, voor verrassingen komt te staan.
Een algemeen beeld van de visserij voorafgaande
aan het jaar 1870 en daarna een beeld per be
drijfstak door de gehele periode tot 1888, dat is
het dan wat hier verder volgt.
Wat betreft de oesters is het vóór 1870 gemakkelijk
en hebben wij nog slechts te maken met de vrije
oestervisserij en de staat, waarin de van nature
gevormde oesterbanken verkeren. Algemeen werd
de vangst op deze banken opengesteld in oktober,
die op de Yersche Bank echter pas in november.
In 1869 begon men de visserij op de Speelman en
ging daarna naar de Zandkreek. De oesters wa
ren groot, de vangst echter gering en de prijs
hoog, zelfs 30,per duizend.„Aan de Kiek-
uit zijn er visschers, die op de eerste dag van
October voor 90,aan oesters hebben gevischt.
De kwaliteit der oesters was goed, blank en vet
van visch, zodat het resultaat als zeer voldoende
werd beschouwd". De latere vangst op de Yersche
Oesterbank was eveneens minder dan het jaar
tevoren, maar er is geen ontevredenheid uit de
verslagen te proeven. Meer dan 300 vaartuigen
namen aan deze visserij deel. Het Noordergaatje
werd zelfs geroemd, eind november voor enkele
vissers 5 a 6000 stuks per getij! Evenwel toch stij
gende prijzen tot 40,per duizend, want de ge
middelde vangst kwam slechts neer op een 2000
stuks per getij.
Over de mosselen in 1869 minder goed nieuws. Op
„de Clinge en de Graauwe" waren de meeste mos
selen gestorven en men veronderstelde, dat er een
ziekte onder deze „schelpvisch" was geweest. Geen
mosselen werden gevangen op de algemene ban
ken, zij kwamen uitsluitend van de in concessie
uitgegeven mosselpercelen. De hoogste prijs werd
2,per mosselton van 100 kg en kan goed voor
een in die tijd geldend gemiddelde worden aange
houden. Als men bedenkt, dat thans rond 16,
per ton wordt gemaakt, dan is het duidelijk, dat
enerzijds de prijs relatief gezien weinig verschilt
met vroeger, anderzijds nu de tendens vertoont
achter te blijven.
154