De landschappelijke ontwikkeling van Zeeland Wij kunnen ons dus voorstellen, dat plaatselijk langs de kust en door het overige landschap zich een aantal met groen verdichte zones zullen ont wikkelen. Tussen deze, relatief smalle stroken blijven een aantal grote ruimten over. Deze ruimten worden gebruikt door de grote gemechaniseerde landbouwbedrijven. De groenvoorziening beperkt zich hier tot het strikt noodzakelijke, namelijk het creeëren van een prettig leefklimaat voor de bewoners en het ondersteunen van de bedrijfsfunctie. Op deze wijze zouden wij de nivellering, ontstaan door de noodzakelijke verbetering van de agrarische struktuur ongedaan kunnen maken, hetgeen de functies van het landschap alleen maar ten goede kan komen. Ook de eentonigheid ontstaan door het uitsluitend gebruik van de populier als hoofdhoutsoort zou moeten worden doorbroken. Wij zullen moeten zoeken naar andere houtsoorten die mede het hoofdbestand zullen moeten gaan vormen. In dit verband mogen wij erop wijzen, dat inmiddels iepen variëteiten zijn gevonden, die nagenoeg resistent zijn tegen de iepziekte. Deze variëteiten worden plaatselijk reeds in kleine hoeveelheden gebruikt. Wellicht kan dan ook de iep in de toekomst weer als gelijkwaardige partner van de populier zijn intrede doen in het Zeeuwse landschap. Alle kansen tot landschapsverbetering zullen in de toekomst moeten worden aangegrepen. Zo zullen tengevolge van de deltawerken een aantal oude dijken hun functie gaan verliezen. Wij willen thans reeds pleiten voor positieve benadering van deze elementen. Waar gewenst kunnen zij worden beplant ter ver steviging van de landschapsstruktuur. Mogelijk zouden bovendien ten be hoeve van recreanten wandel- of rijwielpaden erover kunnen worden aan gelegd. In de nieuwe landschapsstruktuur zullen uiteraard de reeds bestaande, veel al markante landschapselementen en natuurreservaten moeten worden op genomen, terwijl bij het aanbrengen van nieuwe elementen rekening zal moeten worden gehouden met de eisen, die onder andere het moderne ver keer stelt. Een bijdrage te leveren tot de verdere ontwikkeling en verwezen lijking van een nieuw karakteristiek Zeeuws landschap is een boeiende taak. Nauw overleg en goed samenspel van alle belanghebbenden is daarbij voorwaarde voor het welslagen! 83

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1967 | | pagina 11