ET beeld, zoals dat zich tegen het einde van de vijftiger jaren begon af te tekenen, is in grote trekken als volgt. De zuidelijke deltabekkens vormen een door de dammen in het Volkerak, het Brouwershavensche Gat, de Oosterschelde en het Veersche Gat, van de benedenrivieren en de Noordzee afgesloten, samenhangend geheel, met een totale oppervlakte van 64.000 ha, waarvan 51.500 ha water bij een peil van N.A.P. Door de Grevelingendam en de Zandkreekdam is dit geheel onderverdeeld in het Grevelingenbekken, het Veer- se Meer en het Zeeuwse Meer. De bestaande kanalen door Walcheren en Zuid- Beveland vormen scheepvaartwegen tussen de Wes- terschelde en het Veerse Meer, respectievelijk Zeeuwse Meer, terwijl bij de Zandkreekdam, de Grevelingendam en de Volkerakdam schutsluizen de binnenscheepvaart doorgang verlenen. Voor de bestrijding van de van deze kanalen uitgaande verzilting is continu een stroom zoet water vereist. Het maken van schutsluizen in de dammen in het Brouwershavensche Gat, de Oosterschelde en het Veersche Gat wordt niet raadzaam geacht, onder meer met het oog op de belangen van de water huishouding. Op de zuidelijke deltabekkens wateren polders en hoge gronden af met een totale oppervlakte van 221.000 ha. De zoutbelasting op de bekkens door het zilte uitslagwater van de polders is aanzienlijk; de verdeling van deze zoutbelasting over het jaar wordt enigermate beïnvloed door de in de polders toegepaste waterverversing. Van bepaalde polders kan het verversingswater buiten de deltabekkens worden geloosd. Vanuit de deltabekkens kunnen polders en hoge gronden met een totale opper vlakte van 171.000 ha van aanvullingswater wor den voorzien, ten behoeve van de land- en tuin bouw. Gerekend is met een bescheiden waterver bruik ten behoeve van de watervoorziening van de bevolking en industrie. Voordat de deltabekkens dienst kunnen doen bij de watervoorziening moeten ze eerst worden ont- zilt. De primaire ontzilting kan in 2 a 2j/2 jaar zijn voltooid. De in de aanvang optredende grote zoutbelasting door diffusie van bodemzout neemt daarna snel af. Ten behoeve van de waterkwaliteits- en peilbeheer- sing kan zoet water worden ingelaten via een 106

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1967 | | pagina 34