Middelburg in
beeldspraak
Burgh en de gelijksoortige vondsten in Trelleborg.
In mijn artikel in Spiegel Historiael is de illustratie van
de Trelleborg alleen opgenomen om een indruk te
geven van een ringwal. Men kan zich een voorstelling
vormen hoe de burg in Middelburg er kan hebben
uitgezien. Evenwel moet worden opgemerkt dat de
aanleg van de Trelleborg van later datum is. De aan
leg van deze burg dateert Norlund op 990 en het ge
bruik ervan als legerplaats op 990 tot 1050.
Wij weten van activiteiten van Denen op Walcheren
in het midden der 9e eeuw, echter niet later. Indien
de burgen op Walcheren (Middelburg, Souburg) van
Deense oorsprong zijn moeten zij op zijn laatst in
deze periode zijn gesticht, meer dan een eeuw eerder
dan de Trelleborg. De vondsten in de Zeeuwse burgen
zijn niet met de datering rond 880 in strijd. Mijn
vriend Van der Feen bracht mij in dit verband nog
eens duidelijk voor ogen, dat wij Zeeland en de
kuststrook van West-Vlaanderen in het begin der 9e
eeuw na Chr. moeten voorstellen als een waddenkust.
In de loop van de 9e eeuw werd het overstroomde
gebied weer begaanbaar en bewoonbaar. Denkbaar
is, dat de ringwallen op de onbedijkte, hoge schorren
niet alleen verdediging tegen een mogelijke vijand,
maar ook tegen hoge waterstanden hebben geboden",
zo schrijft hij mij. Van harte stem ik met Van der
Feen in als hij zegt: Er zijn meer en uitvoeriger,
wetenschappelijk geleide opgravingen op burgterreinen
nodig om antwoorden op desbetreffende vragen te
vinden en ook aandacht te besteden aan de levens
wijze en economie der toenmalige bewoners. De burg
te Oost-Souburg is nog onbebouwd en schijnt nu de
beste kansen voor zulk een opgraving te bieden".
Tentoonstellingen
Middelburg is dit jaar rijk aan historische tentoonstel
lingen geweest, Er viel ook veel te gedenken. Stads
rechtverlening 1217, inwijding van de Oostkerk 1667,
verovering van Suriname 300 jaar geleden.
Van de tentoonstellingen in het rijksarchief in Zeeland
noemen wij:
Godshuizen van Middelburg, 3 april-26 april, 152 be
zoekers.
Stad van historie (herdenkingstentoonstelling Middel
burg), 3 mei-31 mei, 575 bezoekers.
Zeeland en de West, 8 juni-2 september 1967, 375 be
zoekers.
De Provinciale Bibliotheek van Zeeland organiseerde
in de Sectiekamer naast de Statenzaal de tentoonstel
ling:
Drie eeuwen Oostkerk, 6 juli-31 juli, 1103 bezoekers.
De artistieke vormgeving kwam voor rekening van
Niek van der Boezem te Middelburg.
De Provinciale Bibliotheek had ook een groot aandeel
in de organisatie van de tentoonstelling:
Middelburg Stad in de Delta, 9 juni-2 september,
15.315 bezoekers. De artistieke vormgeving kwam voor
rekening van Jan Kuiper te 's-Gravenhage.
J. C. van Schagen
Het boekje met deze titel, verschenen op de dag,
dat Middelburg zijn 750-jarig bestaan als Stad
vierde, en kennelijk bedoeld als een bijdrage tot
het feest, heeft dit doel met ere bereikt. Het biedt
den lezer een zeer gevarieerde collectie beelden
uit het leven van onze hoofdstad, ogenschijnlijk
voetstoots voor de hand weg genomen, zoals dat
heet. Maar laat men zich niet vergissen: de keuze
is veeleer geraffineerd dan willekeurig geweest.
De samenstellers, de Heren de Bree, de Bruin en
de Kok, allen welbekend, hebben er een verrukke
lijke compositie van gemaakt, beurtelings speels,
ernstig, ironisch, spits, filosofisch, van keuze zowel
als van tekst. Zoiets kan alleen wanneer men, als
deze driemanschap, in de materie thuis is als een
vis in het water en tegelijk zodanig daarvan los
is, dat men ermee spelen kan, alnaar hart en geest
ingeven. Middelburg mag er blij mee zijn. Naast
hun werk verdient ook dat van den Middelburgsen
kunstfotograaf Wim Riemens een eervolle vermel
ding. Hij heeft een aantal beelden geleverd van
den huidigen staat, waarop de tekst soms aller
gelukkigst terugkaatsen kon och, en als we nu
toch aan het bedanken zijn, laten we dan óók een
eresaluut mogen brengen aan de vele anonymi,
die de plaatjes schoten voor de oude prentbrief
kaarten, veelal van meer dan een halve eeuw te
rug, welke in zo grote meerderheid dit boekje zijn
substantie verleenden. Ook deze ongenoemden
ontbrak het maar zelden aan het vakmanschap en
de interesse, onmisbaar voor dit werk. En hart
hadden ze zeker niet minder voor hun goede, oude
land, toen nog zo gaaf, zo schoon. Ook zij voelden
het al wel, dat dit niet blijven kón. We weten dit
van nabij en ook, hoe dit besef in hun werk soms
bewust heeft meegespeeld.
223