De ontwikkelingsschets 1967
Dr. E. J. Prins
De ontwikkelingsschets 1967 voor Zeeland is een
belangrijk en goed stuk werk. Deze schets moet
een aanduiding geven over het beleid dat Ge
deputeerde Staten willen voeren in de komende
jaren. Hiervoor past grote waardering. Niettemin
kunnen we ons niet aan de indruk onttrekken dat
er iets aan deze ontwikkelingsschets ontbreekt.
Wij zullen proberen dit nader toe te lichten.
Voor de ontwikkeling van Zeeland zijn twee zaken
van bijzonder belang:
A. De verkeersstructuur.
B. De industriegebieden van het Sloe, Terneuzen,
in een later stadium Reimerswaal, en de richting
waarin deze gebieden groeien.
Hierbij wordt uitgegaan van de gedachtengang,
zoals in de ontwikkelingsschets is gesteld, dat er
een relatieve groei zal zijn van het aantal arbeids
plaatsen in de industrie (vooral de metaal- en che
mische industrie) en in de dienstenverlenende sec
tor. De verkeersstructuur en de industrialisatie zijn
de trekpaarden van de Zeeuwse economie, zij zul
len bepalend zijn voor de ontwikkeling. (Recreatie
en landbouw zijn hier buiten beschouwing gelaten,
daar zij de toekomstige vormgeving niet wezenlijk
beïnvloeden). Het is dan ook te begrijpen dat de
ontwikkelingsschets aan deze punten zeer veel
aandacht besteedt. Alleen lijkt het er op of men
bij de beschouwingen in het begin is blijven steken,
waarbij het meest vitale punt van deze schets, het
beleidsaspect, niet voldoende uit de verf is ge
komen.
Men heeft helaas niet alle belangrijke zaken de
verkeersstructuur betreffende, bij elkaar op één
kaart gezet. Daar was overigens alle aanleiding
toe geweest. Wanneer wij dit doen dan springt
direct in het oog dat, naast de West-Oost as Vlis-
singenBergen op Zoom, de as ZierikzeeGoes
Terneuzen als de belangrijkste Noord-Zuid verbin
ding gezien moet worden. Ook in de ontwikke
lingsschets kan men er wel iets over lezen. Immers,
op blz. 12 wordt geconstateerd dat planologisch
en economisch beschouwd een vaste Westerschel-
deverbinding in het tracé van de centrale weg
(Zeelandroute) in de omgeving van Terneuzen het
grootste effect zal opleveren.
Het is beter om dit uit te breiden tot de gehele
as ZierikzeeGoesTerneuzen. Verkeersgeogra-
fisch gezien is het gebied van Goes door de krui
sing van deze belangrijke verkeersassen voor Zee
land van zeer grote betekenis. Zou in een later
stadium een vaste verbinding tussen Stavenisse en
Wilhelminadorp gerealiseerd worden, zoals door
ir. Santema van Rijkswaterstaat werd voorgesteld
op het Oosterschelde-congres te Zierikzee, dan be
tekent dit dat de centrale verkeersfunctie van het
gebied van Goes alleen maar versterkt wordt, ter
wijl hierdoor tevens een belangrijke nieuwe impuls
gegeven wordt aan deze Noord-Zuid as Zierikzee
GoesTerneuzen.
Daarnaast is de groei-richting van enkele industrie
gebieden van belang. Bezien wij eerst het industrie
gebied van het Sloe. Zoals de ontwikkelingsschets
ook constateert is hier slechts een uitbreiding mo
gelijk in oostelijke richting, met een belangrijke
zeehavenfunctie tot Ellewoutsdijk in ieder geval.
Dit heeft weer grote gevolgen, zeker op langere
termijn, voor deze Noord-Zuid as en met name
hier voor het gebied van Goes: een uitbreiding
van dienstenverlenende functies (wonen, onderwijs,
handel etc.) zal daarvan het gevolg zijn. Gegeven
de verkeersgeografische situatie dan is dit net
zoals de ontwikkelingsschets met betrekking tot de
plaats van de vaste Westerscheldeverbinding con
stateert, het planologisch en economisch meest op
timale gebied voor dergelijke ontwikkelingen.
De ontwikkeling van het Reimerswaalgebied zal tot
gevolg hebben dat er een stedelijke bewoning zal
ontstaan, onder andere aan de westkant. Er wordt
hier met name het gebied van Yerseke, Kruiningen
en Krabbendijke genoemd. Hierbij dient men zich
evenwel te realiseren dat voor het tot stand komen
van een dergelijke stedelijke samenleving wel enige
moeilijkheden overwonnen zullen moeten worden.
Aanvankelijk zal het wonen in een dergelijk ge
bied weinig aantrekkelijk zijn door het gebrek aan
stedelijke functies. Het directe gevolg zal zijn dat
men het dichtstbijzijnde gebied dat die stedelijke
functies wél heeft zal uitkiezen als woonplaats.
Dat wil dus zeggen dat men in het woongebied
van Goes terecht komt. Gerekend naar de afstand
van woon- naar werkgebied is dit zeker geen
overwegend bezwaar. Wanneer men denkt aan
de afstand van Goes tot het toekomstige industrie
gebied in de zak van Zuid-Beveland, dan maakt
dit vrij weinig uit. Bij het tot stand komen van een
stedelijke agglomeratie in het gebied van Yerseke,
Kruiningen en Krabbendijke moet men zich der
halve realiseren dat de zuigkracht van een reeds
meer ontwikkeld stedelijk gebied zeker in de aan
vang remmend zal werken op de groei.
Maar ook verkeersgeografisch ligt dit gebied
niet zo interessant. Men zit namelijk alleen op die
207