Modern Philippine
verdiend zijn. De oude visser: „Nu schiet er zeker
ook wel een goeie ton over voor een kanaaltje",
waarop Van der Sleyden antwoordt: „Zou jullie
niet kunnen verhuizen?". De jonge visser, gemelijk
op de achtergrond: „Zwijg maar, grootvader, ik
zal mijn kost wel vinden. Als het binnenkort niet
verandert, ga ik naar Amerika." Er zit in deze
woorden veel tragiek. Veel Zeeuwsvlamingen zijn
in de vorige eeuw om redenen van lijfsbehoud
geëmigreerd.
In het provinciaal verslag over 1899 blijkt niet
alleen dat de aangevraagde vergunning tot be
dijking van gronden in de Braakman, maar ook
het aanleggen van een open scheepvaartkanaal
van de haven van Philippine naar de vaargeul in
het Axelse gat was verleend. „De werken werden
in 1899 aanbesteed voor 292.500,- en waren op
het einde des jaars voor een groot gedeelte vol
tooid." Eigenlijk wordt in dit verslag het dilemma
voor Philippine onthuld. Een kanaal was nodig,
maar wanneer men in étappen de Braakman ging
indijken, betekende dit tevens het einde van het
kanaal. Het ging er om wat het zwaarst zou
wegen. Na de opening van het kanaal in 1900
was het alles botertje tot de boom. Het topjaar in
1911 is al genoemd. Tijdens de eerste wereldoorlog
bleken de lamsoren, die op de schorren gesneden
werden een lucratief bedrijf. En niet alleen de
lamsoren. Het middeleeuws bedrijf van het darinc
delven werd ook in die tijd van schaarste aan
brandstof opnieuw gehanteerd. Het drogen van
derrie uit de Braakman, in de vorm van turf, was
een goede bijverdienste.
De bedijking van de Dijckmeesterpolder in 1918,
genoemd naar de toenmalige Commissaris der
Koningin, betekende een fase in de reeks der
inpolderingen die voor het behoud van het haven
kanaal het ergste deed vrezen. Er is met de Dijck
meesterpolder nog iets anders aan de hand. Tot
in de 16e eeuw was het gewoonte als eerste
gewas in een nieuwe polder zomergerst te telen.
Later ging men over op koolzaad. A. G. Verhoeven,
ingenieur der Domeinen in Zeeland deelt mede,
dat in verband met de voedselvoorziening in de
Dijckmeesterpolder een proef werd genomen met
de teelt van zomergerst, erwten en vlas. „Schakelt
men den invloed der ongewone droogte in Juni
1919 uit, dan mag men die proefneming als wel
geslaagd beschouwen."
Dezelfde ir. Verhoeven is het geweest die in de
jaren twintig het spartinagras heeft ingevoerd om
een snellere aanslibbing te bereiken. De gevolgen
lieten niet lang op zich wachten, maar het be
tekende tevens dat de haven van Philippine nog
meer werd bedreigd. De schrijver van het gedenk
boekje van het nu meer dan 450 jaar oude stadje
beëindigt de paragraaf over de teruggang met de
verzuchting: Sic transit gloria mundi!
In Philippine gebeurde datgene met de aanleg
van de Braakmandam, wat met de deltadammen
op nog veel groter schaal gaat gebeuren. Wat het
zwaarste is moet het zwaarste wegen met alle
weemoed om wat verloren gaat.
Wij zijn met Rammeloo begonnen en we eindigen
met deze familie. Hef vijfde deel van het Neder
lands repertorium van familienamen, dat alle
namen bevat die bij de volkstelling in 1947 in
Nederland werden opgetekend, vermeldt voor
Philippine 120 naamdragers Rammeloo.
132