Robert Henri Cateau van Rosevelt, 1784-1826: zeeman en koloniaal ambtenaar F. R. van Rosevelt Temidden van klachten, verzoeken om posities en vragen om geld, welke het Vertegenwoordigend Lichaam van het Bataafse Volk dagelijks toege zonden kreeg, was een verzoek, gedateerd 1 okto ber 1799, „ener requestrant die zich in de ongelukkige Zeeslag van den 11 oktober aller hoffelijkst heeft gedragen." Het betreft het ver zoek van Robert Henri Cateau van Rosevelt om een bewijs van goedkeuring van zijn gedrag tijdens de slag bij Kamperduin in 1797. Robert Henri's staat van dienst 2) vermeldt, dat hij als kadet der 3e klasse op schout-bij-nacht Story's „Staaten- Generaal" voer en tijdens de slag door de Engelsen krijgsgevangen werd gemaakt. Hij was toen een jongen van amper dertien jaar oud ge weest, die in 1795 al benoemd was tot kadet. Hoe hij ooit krijgsgevangen geraakte, blijft een raadsel, aangezien de „Staaten-Generaal" één der weinige schepen was, dat de Hollandse thuishaven bereikte na de verloren slag. Wel komt op zijn dienststaat voor, dat hij behalve Hollands en Frans, ook Engels sprak. Jonge knapen dienden toen algemeen op de vloot. Zo had admiraal De Winter, die de vloot bij Kamperduin aanvoerde, zijn eigen neefje, de kadet P. de Babgian aan boord tijdens het gevecht: De jongen, een kind van twaalf jaar, dat men een been afgeschoten had en dat aan die verwonding sterven zou, vuurde de bemanning van „De Vrij heid" aan met de kreet „Leve de Republiek!" 3) Het mocht weinig baten. Robert Henri was niet alleen gelukkig dat hij het er levend afbracht, hij ontving ook zijn bewijs van goed gedrag. Velen van zijn superieuren moesten zich aan een krijgsraad en een zware straf onder werpen, vaak opgelegd door het bewind dat de schuld voor de verloren zeeslag weigerde te aan vaarden. Zo weigerde trouwens het land de slag als een nederlaag te beschouwen. Robert Henri's vader sprak dan ook als volksvertegenwoordiger, twee maanden na de slag, over „de totale, schoon roemvolle nederlaag." 4) Robert Henri Cateau van Rosevelt was te Vlissingen geboren, de 16e september 1784, van patriottische huize. Zijn vader was mr. Francois Adriaan van Rosevelt Cateau,5) een reder en burgemeester van Vlissingen (van 1795 tot 1802) die in Daendels' staatsgreep van 1798 een korte loopbaan als volks vertegenwoordiger beëindigd zag. 6) Robert Henri's moeder was Catharina Elizabeth Kroef, zijn vaders tweede vrouw, afkomstig uit een Vlissingse koop mansfamilie 7), die in 1793 te Vlissingen overleed. De stad van zijn geboorte was weinig meer dan een plaatsje waar, na de handel, zelfs de kaap vaart kwijnde met het verdwijnen van kaperkapi teins als Le Turcq en Jarry. De plundering van zijn ouderlijk huis tijdens het Oranjeoproer van 1787 8) kan hij zich niet herinnerd hebben. Zijn familie vluchtte naar Antwerpen. Zij bewoonde destijds het beeldenhuis dat aan de Dokkade stond, en waar van thans de gevel nog bestaat. Woonhuis van Mr. Francois Adriaan van Rosevelt Cateau Ifiihï.i'hSlIl l< .f.l.Y MjtOKKAbb (:~r; 133

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1968 | | pagina 21