1 1 P. L. Tak (in het jaar 1892) memoires: „Er was in Middelburg een sociëteit St. Joris, waar we beiden lid van waren. Op een avond waren we de twee enig overgeblevenen in de lees zaal. Het was al laat. Ik weet niet meer naar aanleiding van welk onderwerp of welk gebeuren, maar Tak en ik raakten in gesprek. Dat was eigenlijk ons eerste ge sprek. Maar ons eerste gesprek ging al spoedig diep. We spraken met elkander over wat het leven bieden kon en wat men in die tijd doen moest om van zijn leven wat te maken. Zoals ik zeide was Tak negen jaar ouder dan ik. Hij had veel meer nagedacht dan ik. Maar tenslotte was er in gemoedsgesteldheid veel overeenstemming tussen ons. Dit zou uiteraard eerst in de loop van de jaren blijken, Maar wat aanstonds bleek, was dat er in die paar uur vriendschap tussen ons was ontstaan. Vriendschap welke in de volgende kwart eeuw van Taks leven voortdurend sterker is geworden. Ik had de volgende morgen, toen ik over ons gesprek nadacht, het sterke gevoel iets groots en iets moois te hebben gewonnen. Dat is mij altijd bijgebleven, ik heb mij altijd in zijn vriendschap verheugd en hij in de mijne, hoewel ik zeker weet, dat we dat nooit aan elkander gezegd hebben". Onder de redenen van Wibaut naar Amsterdam te verhuizen was zijn vriend schap met Tak, die al in 1883 als redacteur van de (Groene) Amsterdammer naar de hoofdstad was ge gaan. Tak was oprichter en verantwoordelijk redacteur van De Kroniek, het beste weekblad ooit in Nederland verschenen. Wibaut werd al spoedig medewerker aan De Kroniek. Toen Tak in 1907 overleed schreef Wibaut, dat het weekblad zijn bestaansrecht had verloren en dat op die grond de uitgave diende te worden be ëindigd. Handschrift Achter in het proefschrift is als bijlage XI een hand schriftanalyse door mevrouw E. van Hall-Nijhoff opge nomen. Mevrouw van Hall heeft al meer historische figuren op hun handschrift getoetst en is tot opmerke lijke resultaten gekomen. Iemand die Wibaut gekend heeft, verzekerde mij dat het een uitstekende typering van Wibaut geeft. Er zijn in zijn persoonlijkheid boeien de facetten. Bijna 30 jaar is Wibaut in Middelburg in de handel geweest. Van zijn chef en latere vriend C. M. Ghijsen kreeg hij een gedegen opleiding bij de houthandel Alberts. Wanneer de firma een N.V. wordt, zal Wibaut een van de directeuren worden, belast met de in- en verkoop. Hij reist Europa door en heeft van zijn goede talenkennis veel gemak. Met de aanwas van zijn vermogen gaat tegelijk een oprechte sociale be wogenheid gepaard, Het is echter de vraag of het werk en het verdienen van geld weinig aantrekkelijks voor Wibaut heeft gehad. Geen vraag is het dat hij met zijn geld veel voor de S.D.A.P., waartoe zijn vrouw en hij in 1897, twee jaren voor Tak, toetraden, heeft be tekend. Tegenover zijn sociale bewogenheid bespeuren wij bij hem een hang naar het goede leven. Uit het handschrift trekt mevrouw Van Hall o.m. deze con clusie: ,,De schrijver was een man van brede gestes, die zich bij alles betrokken voelde en ook bij alles betrokken wenste te zijn. Hij had een grote werkkracht, uitte zich gemakkelijk en met levendigheid en fantasie. Bij al zijn vlotheid haperde er zo nu en dan iets; er is een element van gemakzucht, van een zich breed maken, iets dat niet volwassen aandoet m.i. de zwakte van een ijdel man, die zich ook daar wil laten gelden, waar het niet belangrijk is dit te doen." De gemeente Als rode draad door ,,Levensbouw", zijn memoires, loopt, aldus Borrie, zijn belangstelling voor de vraag stukken van gemeentepolitiek, zijn groot vertrouwen in het gemeentelijk beheer als instrument van democra tische bestuursopbouw en zijn niet aflatende strijd voor gemeentelijke zelfstandigheid, in het bijzonder op fi nancieel gebied. Aan zijn baar zei zijn Belgische vriend, de senator Emile Vinck: De gemeente was zijn geloof. Hij stierf 29 april 1936, toen zijn memoires, waaraan hij met zijn vrouw, Mathilde Berdenis van Berlekom, telg uit een bekend Middelburgs geslacht, samen had gewerkt op de persen lagen. Na zijn crematie op Wes- terveld werd een gedenkteken opgericht met het op schrift: Er is maar een land - onze aarde. Er is maar een volk - de mensheid. Er is maar een geloof - de liefde. Wij danken de heer Borrie de foto van Wibaut te mogen publiceren. Het werk is verschenen in de serie: Sociaal- Historische Studiën, Van Gorkum Co. 173

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1968 | | pagina 25