de visserij (groothandel in vis, garnalen en mosselen, vismijnen). Van de dienstencategorie particulier vervoer te land zal een groot deel betrokken zijn bij het ver voer van landbouwprodukten, visserijprodukten en in dustriële produkten. Ook de bouwnijverheid zal ge deeltelijk geliëerd zijn aan de industrie (fabrieks gebouwen), de landbouw (agrarische gebouwen) en het toerisme (recreatiebouw). Op basis van de onderverdelingen in de Arbeidsmarkt- beschrijving 1967 van het D.B.A. en van bedrijfsgege vens en eigen schattingen zijn deze correctieposten kwantitatief benaderd en verwerkt in onderstaande tabel. Het begrip stuwend heeft daarin, vanuit de Zeeuwse situatie bezien, een ruime betekenis gekregen. Verdeling arbeidsplaatsen voor mannen 1967 Nationale Zeeuwse Stuwend optiek optiek Landbouw 14.100 16.500 Visserij 800 1.400 Industrie 23.500 23.800 Diensten 3.300 Toerisme 2.700 Afgeleid Bouwnijverheid 10.800 8.800 Diensten 33.800 26.500 83.000 83.000 De nog resterende afgeleide werkgelegenheid 8.800 mannen in de bouwnijverheid en 26.500 mannen in de dienstensector kan nu over de stuwende bedrijfs takken worden verdeeld op basis van de daarvoor hierboven gevonden getalssterkten. Voor de werk gelegenheid voor mannen in 1967 ontstaat dan het volgende beeld: Arbeidsplaatsen in Zeeland, teruggebracht naar stuwende sectoren absoluut procent Landbouw 28.700 34,5 Visserij 2.400 2,9 Industrie 41.400 49,9 Diensten 5.700 6,9 Toerisme 4.800 5,8 83.000 100,0 Hierbij kan nog worden aangetekend, dat veranderingen in de stuwende bedrijfstakken slechts geleidelijk en onvolkomen doorwerken in de afgeleide bedrijvigheids- vormen. Naarmate de afgeleide werkgelegenheidsbron- nen in omvang toenemen, ontstaat een zekere auto nome groeikracht en vermindert de afhankelijkheid van de stuwende sectoren. Dit geldt echter in veel sterkere mate voor de grote stedelijke concentraties in de Randstad Holland dan voor het dunbevolkte Zeeland. Tenslotte zij nog vermeld, dat een eventuele groeiende woonfunctie van Zeeland (forensen, gepensioneerden) eveneens tot een toeneming van de afgeleide werk gelegenheid zal bijdragen. Onder andere ir. M. A. van der Beek en ir. L. Th. J. M. de Wit: /;Enkele gegevens omtrent de Zeeuwse Landbouw en haar betekenis", opgenomen in Landbouwaktualiteiten in Zeeland 1968. LANGS HET KANAAL klaprozen en margrieten plukken langs het recht kanaal en luisteren naar het verhaal van bolle zeilen momplend gesproken door de zomerwind en des avonds dromen van de zeven zeeën en van menseneters met hun purpren reeënogen in het veilig ledikant ROEL HOUWINK Wintergezictit in Park Toorenvliedt, Middelburg Foto C. A. L. Kotvis 10

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1969 | | pagina 10