and in 1967
Huwelijksvruchtbaarheid in Zeel
of nog minder subsidie krijgt, als hij ook 1.500 gul
den subsidie kan krijgen door een paar goed
kopere dingen van Middelburgers uit te zoeken.
Het is onzin, te beweren dat die grote bedragen
alle subsidie opslorpen: zóveel wordt er heus niet
gekocht. Ook is het ongewenst „Het subsidie
bedrag is beperkt" op de catalogus te vermelden.
Dat het niet ongelimiteerd is, snapt iedereen wel,
maar de bedragen lopen hier werkelijk niet in de
tienduizenden, en deze vermelding geeft de man
die wel wat zou willen kopen enkel maar het
hinderlijk gevoel: ik moet gauw beslissen, anders
vis ik mogelijk achter het net. Een commercie-
trucje dat op zo'n tentoonstelling niet thuis hoort.
En nu we toch alles eens kwijt moeten: barok
muziek is meestal erg mooi, maar past niet zo
goed bij hedendaagse schilderkunst. Beatmuziek,
en dan zeker via versterkers enz. hoort er helemaal
niet bij. Een feestelijke en waardige opening zou
kunnen worden opgeluisterd met muziek van he
dendaagse Zeeuwse componisten (geen makers van
amusementslawaai). Het is het enige wat zin zou
hebben, en we maken ons sterk dat zij zelfs per
soonlijk hun composities ten gehore zouden willen
komen brengen als alles in een prettige sfeer
verloopt!
Heel tenslotte: dat we dit alles opschrijven en
we voorzien de gevolgen wel komt omdat de
kunst in Zeeland ons ter harte gaat. Wie denkt
dat we af willen breken heeft van de teneur van
ons stuk niets begrepen.
Drs. S. P. van der Zee
In de begroting van sociale zaken en volksgezondheid
wordt medegedeeld dat in het afgelopen jaar het ge
boortecijfer lager lag dan ooit. De verlaging van de
huwelijksvruchtbaarheid is nog opvallender. Recentelijk
door het C.B.S. gepubliceerde gegevens geven ons
aanleiding hierop voor Zeeland nader in te gaan.
In de onderstaande tabel zijn enige gegevens samen
gevat. Onder huwelijksvruchtbaarheid verstaat men het
aantal levendgeborenen per jaar per 1.000 gehuwde
vrouwen beneden de 45-jarige leeftijd.
Huwelijksvruchtbaarheid
in 1959-'61 in 1967
Schouwen-Duiveland 157,0 134,6
St.-Philipsland en Tholen 144,2 145,8
Kanaalzone Walcheren 148,1 130,5
Overige gemeenten Walcheren 181,6 163,8
Noord- en Zuid-Beveland 158,4 150,3
West-Zeeuwsch-Vlaanderen 128,8 127,9
Kanaalzone Oost-Zeeuwsch-Viaan-
deren 142,1 146,8
Overige gemeenten Oost-Zeeuwsch-
Vlaanderen 162,9 135,5
Zeeland 151,9 141,1
Nederland 167,8 143,3
De verlaging van de huwelijksvruchtbaarheid in Zee
land was betrekkelijk gering; in de Kanaalzone Oost-
Zeeuwsch-Vlaanderen en in St.-Philipsland-Tholen nam
zij zelfs toe. De daling is het sterkste geweest in Lim
burg en Noord-Brabant, de provincies met in 1959-1961
de hoogste huwelijksvruchtbaarheid in Nederland. In
1967 laat Friesland het hoogste (172,8) en Noord-
HoJland (128,8) het laagste cijfer zien.
Voor Nederland geldt dat de huwelijksvruchtbaarheid
in kleine gemeenten over het algemeen groter is dan
in qua inwonertal grotere gemeenten. De huwelijks
vruchtbaarheid in gemeenten met een stedelijk karak
ter is gemiddeld lager dan in plattelandsgemeenten.
Verband met inkomens
Evenals in 1959-1961 blijkt er in 1967 een negatief
verband te bestaan tussen de huwelijksvruchtbaarheid
in de provincies en het gemiddelde inkomen per be
lastingplichtige.
Ook voor de in de tabel genoemde Zeeuwse gebieden
geldt over het algemeen dat een hoog gemiddeld in
komen correspondeert met een lage huwelijksvrucht
baarheid (b.v. West-Zeeuwsch-Vlaanderen) en omge
keerd (b.v. Overige gemeenten Walcheren). Kanaal
zone Walcheren en Overige gemeenten Oost-
Zeeuwsch-Vlaanderen vertonen een lagere huwelijks
vruchtbaarheid dan volgens deze samenhang juist"
zou zijn. Cadzand met het hoogste inkomen van Zee
land heeft de laagste huwelijksvruchtbaarheid (55,6).
In een vorig artikeltje over dit onderwerp Baby's in
Zeeland", Zeeuws Tijdschrift, 1966 no. 1) bleek de
huwelijksvruchtbaarheid positief samen te hangen met
het percentage van de bevolking dat rooms-katholiek
of gereformeerd is en negatiaf met het onderwijsniveau
van de bevolking. Het is niet na te gaan of deze
samenhangen in 1967 nog gelden, omdat recente ge
gevens over godsdienstige samenstelling en genoten
onderwijs ontbreken.
Het zal inte-essant zijn om over enige jaren na te gaan
of de voor Nederland zo gewenste daling van de hu
welijksvruchtbaarheid naar Westeuropees peil door de
recente pauselijke encycliek zal worden afgeremd.
5