Het h uis „De Groote Mortier" in Bruqqe Dr. mr. H. P. Schaap Op de hoek van de drukke winkelstraat, de Wolle- straat no. 28, en de haaks daarop uitkomende Karthuizerinnenstraat, te Brugge, zijn gevestigd de kantoren van de Vlaamsche Toeristen-Bond (VTB) en de Vlaamsche Automobilisten-Bond (VAB), en wel in een historisch en architectonisch interessant gebouw dat in de Brugse geschiedenis als „De Groote Mortier" bekend staat. Het is slechts aan weinigen, zelfs niet aan de ge middelde Bruggeling, bekend, dat dit huis „De Groote Mortier" in de gevel en opzij aan de kant van de Karthuizerinnenstraat, boven de loop van een in de grond stekend antiek kanon, interessante herinneringen bewaart aan de krijgstocht van prins Frederik Hendrik naar Brugge in den jare 1631. Vooral in het toeristenseizoen is de Wollestraat zo druk, dat men weinig of geen kans heeft om stil te blijven staan en naar boven te kijken, als men tenminste het verkeer niet in gevaar wil zien gebracht. Over dit huis schrijft de bekende Brugse historicus Ad. Duclos in zijn werk „Bruges, Histoire et Souve nirs" (Brugge, 1910): (wij vertalen): „De Groote Mortier" is gebouwd in 1634, met een trapgeveltop, welke uit latere tijd (18e eeuw) dagtekent. Everard Tristram, die het werk liet opbouwen, ontving van stadswege een geldelijke tegemoetkoming, (een subsidie zouden we tegenwoordig zeggen), het geen in die tijd vaker gebeurde bij het oprichten (of restaureren) van esthetisch-verantwoorde ge bouwen. De tympanons bekkenvormige indiepingen) bo ven de bovenste vensters zijn versierd met half verheven beeldhouwwerk („bas-reliefs") voorstel lende: Orion, Neptunus en Ceres. De „bas-reliefs" boven de vensters van de benedenverdieping stel len voor: de bevrijding van Brugge van de troe penmacht van Frederik Hendrik, prins van Oranje, door (het aanrukkende leger van) Jan van Nassau, bondgenoot van de Spanjaarden; welke gebeur tenis plaats greep in juli 1631". Dit laatste is echter niet juist, want de gebeurte nissen vonden plaats in de maand juni, zoals hier na zal blijken. Bijzonder belangwekkend evenwel is het Latijnse chronicum (jaartal-raadsel), dat ingegrift staat in een arduinsteen op de hoek van de Karthuizerin nenstraat, vlak boven het kanon, dat daar als Die subsidie bedroeg 8 - 6 sch. - 8 gr., volgens een artikel van Johan Ballegeer, in „De Autotoerist" (20ste jrg., no. 22) van 2 nov. 1967, orgaan van de V.A.B. hoek-„paal" dienst doet. Men leest daar het vol gende op: „aVrlaCVs brVgaM Venit, VIDIt, abllt." Hetgeen, vertaald, wil zeggen: Oranje kwam naar Brugge, zag, en vertrok. Kennelijk een tegenhan ger van het bekende „Veni, vidi vici" van G. Julius Caesar, na zijn overwinning bij Zela, anno 47 vóór de chr. jaartelling. De Romeinse hoofdletter-cijfers geven dan, achter eenvolgens: 111 1005 6 507 2 opgeteld: J637. In de jaren voorafgaande aan de nu te bespreken tocht van Frederik Hendrik naar Brugge, en vooral na zijn verovering van Maastricht in het jaar Het huis ,,De Groote Mortier" te Brugge Foto Magda van Beylen, Brugge 112

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1969 | | pagina 16