Fig. 6. Gemeentelijk Museum Aardenburg: Doorkijkje van de Romeinse naar de middeleeuwse afdeling. (Foto Oscar de Milliano, Sluis], van enige meters dikte. In Axel is, zoals in vele plaatsen in Zeeland, veel aan zoutwinning gedaan, waarbij enorme hoeveelheden turf zijn verbrand. In het tweede kwart van de 15de eeuw of iets eerder is er aan deze zoutwinning een einde ge komen. In de eerste plaats kwam dit door de op komst van het in het buitenland gewonnen „Baai zout", maar ook raakte het areaal van geschikte veengronden (Axel lag er middenin) uitgeput. In Westdorpe blijft onze correspondent, de heer J Thomas, actief. In het gebied van het door over stromingen in de 14de en 15de eeuw getroffen Oud-Westdorpe doet hij nog steeds vondsten die met zorg worden opgeborgen in de oudheidkamer van zijn woongemeente. In Westelijk Zeeuwsch-Vlaanderen is Aardenburg weer herhaaldelijk in het nieuws geweest. We ra ken er zachtjes aan mee vertrouwd. Het is in ieder geval verheugend dat deze stad de belangstelling krijgt d!ie het verdient, gezien de enorme mede werking die het oudheidkundig bodemonderzoek hier van begin af aan heeft ondervonden van de zijde van het gemeentebestuur en de bevolking. Een belangrijke gebeurtenis, waar we reeds jaren op hadden gewacht, was de opening van het nieuwe, modern ingerichte Gemeentelijke Museum, het Streekmuseum voor Archeologie, Geologie en Paleontologie voor westelijk Zeeuwsch-Vlaanderen. Op 20 juni 1968 bezocht H.M. Koningin Juliana reeds het nog niet geheel ingerichte museum, dat het jaar daarop, op 24 juni, feestelijk zou worden geopend door de heer P. J. Yperlaan, hoofd van de afdeling Oudheidkunde van het Ministerie van C.R.M. Wij hopen dit jaar nog een speciaal artikel aan het Aardenburgs museum te wijden. Door het reeds genoemde onderzoek te Souburg moesten helaas ook de opgravingen te Aarden- burg voor onbepaalde tijd worden onderbroken. Slechts enkele kleinere onderzoekingen vonden doorgang. In 1969 werd de hoofdstraat door Aar denburg van een nieuwe klinkerlaag voorzien, waarbij het oude straatdek is verwijderd, de onder grond ca. 60 cm uitgegraven en weer met zand aangevuld. Er deed zich aldus een prachtige ge legenheid voor om door middel van grondboringen gegevens te verkrijgen over Romeinse en Middel eeuwse cultuurlagen op plaatsen waar dat normaal niet kan. Bovendien hebben we op de markt op een „strategisch" punt nog een opgravingsput kun nen maken. In 1947 zijn hier bij rioleringswerkzaam heden rijen palen gevonden, waar toentertijd wei nig of geen aandacht aan is besteed. Aangezien we weten dat tussen de St.-Bavokerk en de markt de begrenzing, van de Romeinse nederzetting moet liggen, liet het verhaal over de rijen palen stel voor dat het een palissadering zou zijn uit de Romeinse tijd ons niet met rust. In 1969 vonden we inderdaad de palen terug, maar we kwamen tot de conclusie dat zij uit ca. de 12de of 13de eeuw dateerden, en waarschijnlijk behoorden tot een boerderij, gezien de aanwezigheid van dikke lagen mest en humus. Van een Romeinse cultuur laag was ook in de ondergrond geen spoor (meer) te vinden. Wel bleek de zee in de vroege middel eeuwen op dit punt haar invloed gehad te hebben. In september/oktober 1968 deden we nog een klein onderzoek dat al jaren was uitgesteld naar een laat 14de-eeuwse „pottenbakkersoven" aan de Heerendreef te Aardenburg. Omstreeks 1950 vond de heer M. G. de Clerck in zijn achtertuintje, bij het graven van een beerput, enkele hele potten. Zij hebben enige tijd op de schoorsteenmantel gestaan, tot ze op een kwade dag in diggelen Fig. 7. Aardenburg: opgraving stortplaats pottenbakkersoven aan de Heerendreef; op de foto de heer en mevrouw M. G. de Clerck, in de put de heer M. Kegel. (Foto R.O.B.). 6

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1970 | | pagina 6