Z lïï 0 P D o 0 i huuse's hier met geschut hebben geëxperimenteerd. Hun familiewapen wordt trouwens doorgaans ge flankeerd door een vuurbrakende mortier. Merkwaardig is, dat op Schouwen niets herinnert aan de destijdse aanwezigheid van deze hoogge zeten leden van de toenmalige internationale samenleving. In 1525 brandt het slot af. René van Gruuthuuse, kleinzoon van Lodewijk, resideerde er toen. Ter gelegenheid van de overwinning van Karei V op Frans I bij Pavia richtte hij trouw aanhanger van de keizer een uitbundig feest aan. Met weinig feestelijke gevolgen. Tijdens de restauratie werden de onmiskenbare sporen van de brand in de dbnjon teruggevonden. De donjon brandde blijkbaar uit; de muren bleven uiteraard overeind. Brandde de Gruuthuuse-vleugel ook? Het is on bekend, maar wel waarschijnlijk. Karei V bezocht Haamstede „te zijner ere" af gebrand in juli 1540. De keizer verbleef enige dagen te Zierikzee bij Lieven Jacobszoon de Huy- bert, toen burgemeester. De De Huyberts hadden oude banden met de Habsburgers. Lievens vader was gezagvoerder geweest van het schip deel uitmakend van een vloot waarop Philips de Schone en Johanna van Arragon in 1506 naar Spanje zeilden. Storm onderweg deed Philips in angst aldus het verhaal uitroepen: Waeckt Huybert! Dat werd de wapenspreuk der De Huy berts. De laatste Gruuthuuse, Catharina, getrouwd met de graaf de Saint Amours, was ongetwijfeld de Spaanse zaak, niet die der Geuzen toegedaan; zij verkocht Haamstede in 1591. Kopers waren twee Zierikzeese regenten: Teellinck en De Jonge (stamvader der nog levende De Jonge's), typische representanten van de jonge Republiek. Er ont stonden echter strubbelingen en het eind daarvan was, dat Haamstede in handien kwam van de weduwe van Raephorst-van Kuilenburg, voortge komen uit de oude Hollandse adel. Zij gaf Haam stede aan haar dochter, toen deze in 1608 trouwde met Jonker Jacob van den Eynde, die daarmee de nieuwe baanderheer werd. Hij was een veel zijdig man: militair, historicus, schrijver onder meer van een Latijnse kroniek van Zeeland. Van den Eynde ging aan het werk. De Gruuthuuse- vleugel was bijna een eeuw na de brand het zij te onherstelbaar tot puin vergaan, hetzij te groot voor Van den Eynde's bedoelingen. Hoe dan ook, hij liet van die vleugel nagenoeg niets over. Zijn bedoeling was mogelijk een niet al te groot huis met kasteel-allure. Daartoe bouwde hij aan weerszijde van de donjon torens. De bovenzijde van de donjon werd verlaagd, evenals de plafond hoogte van de zaal. Voor- en achtergevels werden van kantelen voorzien. Het oorspronkelijke trappen huis werd in verdiepingen ingedeeld en kreeg een aanbouw aan de zuidoostelijke kant. De linker (oostelijke) toren werd van een wenteltrap voorzien en vormde de verbinding tussen de diverse ver diepingen van het kasteel. Bovendien werd de brug met een poortgebouw aan het huis verbonden. De brand van 1525 is en blijft hartgrondig te be- aanbou donjon t ore/i i 1610 poort VAW DÉW gebouw1 ByN oe. H n n n -J 10 Q D j le HELFT 18gEEUW MOGGE Ft/JJOAMFWTEW GRUUTHUHSe ohJoeR TUIN GFRESTAl/- ficERoe Mogge, vleugel 60

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1970 | | pagina 24