A. G. A. Ridder van Rappard, De tegelschilders
De Middelburgse kunstminnaars waren vol geest
drift over de totstandkoming van het moderne mu
seum met zijn prachtige ruime zalen, voorzien van
bovenlicht. Eén der bestuursleden sprak zelfs over
„the great attraction" van Middelburg8). Na hei
gebouw anderhalf jaar zelf te hebben beheerd gaf
De Stoppelaar het in 1888 in eigendom aan de
Confrérie van Sint Sebastiaan, waaraan hij
6.000,toevoegde ter bekostiging van het onder
houd. Hij bepaalde daarbij, dat de vereniging
„Kunstmuseum", zolang zij zou bestaan en dit zou
wensen, het achterste 1/3 gedeelte in huur kreeg.
De Confrérie hield de beschikking over het voorste
deel en verkreeg tevens het recht ook de achterste
zaal gedurende 30 dagen per jaar te verhuren
„voor nijverheids- en andere tentoonstellingen,
voor soupers of bals na afloop van muzijkale of
andere uitvoeringen" 9). Iedere drie, later vijf jaar
werden nu voortaan de tentoonstellingen van „Uit
het Volk-Voor het Volk" in het museum gehouden.
Ook incidentele tentoonstellingen op kunstgebied
venden zo nu en dan plaats. De Middelburgse
kunstschilders werden aangemoedigd hun werk in
hef museum te exposeren „mits hier geen bijzondere
kosten aan verbonden zijn"! 10). Slechts éénmaal
blijkt, dat hieraan gevolg gegeven is
Niet alleen aan moderne meesters werd aandacht
geschonken. Van 1889 tot 1903 is in de middelste
zaal een afdeling Oude Kunst te zien geweest.
Deze collectie bestond uit 13, later 15 schilderijen.
De Teekenacademie had hiervoor o.m. in bruikleen
gegeven
Joachim Beuckelaer (±1530-±l 574), Visch-
markt, gesign.: 1574, Joachim Beuckelaer,
thans in hef Koninklijk Museum voor Schone
Kunsten te Antwerpen (cat. Oude Meesters,
1959, no. 814) en
Adriaen van Nieulandt (1587-1658), Allegorie
op de vrede van Münster, gesign.: Adriaen
van Nieuland fecit Anno 1650', thans in het
Rijksmuseum te Amsterdam (cat.no. 1748).
Voorts hingen er in bruikleen:
van de Godshuizen
Dirk van Delen (+1605-1671), Het bad Bethes-
da, waar Jezus een zieke geneest, gesign.:
D. van Delen fecit, en gedateerd: 1636, thans
in bruikleen afgestaan aan hef Waterschap
Walcheren. Het bevindt zich in de vergader
zaal van het Poldergebouw.
van de Confrérie van Sint Sebastiaan
Cornelis Janson van Ceulen (1590-1665),
Schuttersstuk van de Confrérie van Sint Se
bastiaan, gesign.: Cornelius Janson van Ceu
len, Fecit; gedateerd: 1650, thans in de Con
frériezaal van Hotel De Burg te Middelburg.
uit particulier bezit o.a.:
Adriaen Coorte, Vruchten en asperges op
een plint voor een nis, gesign.: A. Coorte,
1685, thans in bezit van mevrouw H. W. Fre-
deriks-van der Hart te 's-Gravenhage.
Het Kunstmuseum bezat zelf in eigendom:
Abraham Busschop (overl. 1730), Honden met
wild, 1727 ,2).
Ondanks het aanvankelijke optimisme viel, afge
zien van de tentoonstellingen, de publieke belang
stelling de eerste jaren al tegen. Terwijl men in
1887 een bezoekersaantal van 112 nog bevredigend
vond 13), achtte men een dergelijk aantal met het
groeien der verzameling toch te weinig. Tot 1895
kwam het jaarlijks aantal bezoekers één keer boven
de 130. In 1897 en '98 waren het er slechts
30! 14). Hierbij dient opgemerkt te worden, dat
het museum voor leden, begunstigers en publiek
slechts op woensdag- en zaterdagmiddag van 1 tot
4 uur te bezichtigen was. Vreemdelingen werden
dagelijks toegelaten. Een poging, gedaan in 1900,
om meer bezoekers te trekken door het museum
ook op zondagen open te stellen, mislukte. Gedu-
39