ONTMOETING
De jaren verdampen tot een nevel
er valt weer blad.
Zo neemt de najaarsnacht
de stille wandelaar op
die onder druipende bomen verdwijnt.
Warm marmer, en de snavelkan met harswijn
gloeien in zijn hoofd
en in de modder van de noordelijke lanen
lopen zijn voeten vederlicht.
Een blad dwaalt naar de grond
en van het fort scheurt door de mist
een omfloerste klaroenstoot.
Een last post, denkt de bejaarde wandelaar
die in de laan het blad ziet glijden
en hij licht de hoed voor Virginie Loveling.
HANS WARREN
236