werden verschillende malen door de Geallieerden gebombardeerd en beschoten. De Duitsers maak ten het vliegveld in 1944 onbruikbaar door het graven van sloten en greppels. Het duurde negen jaar voordat er weer vliegtui gen landden. Na de watersnoodramp van 1953 liet de Rijkswaterstaat een landingsbaan voor kleine vliegtuigen aanleggen om een snelle ver binding met het geïnundeerde eiland te hebben. De baan heeft echter weinig dienst gedaan, doordat deze te laat klaar kwam. Tegenwoordig wordt het vliegveld gebruikt door zweefvliegtui gen. DE ZEEUWSE LUCHTLIJN. In het Algemeen Handelsblad van 1 december 1920 stond het volgende bericht: „De Koninklijke Luchtvaartmaatschappij zal in het voorjaar van hef nieuwe vliegterrein te Vlissingen luchtvaar ten houden naar Rotterdam, Amsterdam en andere plaatsen, om een proef te nemen omtrent de levensvatbaarheid van een geregelde luchtver- binding van Zeeland naar Holland". De proef is waarschijnlijk niet geslaagd, want tussen deze proef en het tot stand komen van de Zeeuwse luchtlijn lagen meer dan tien jaar van door propagandacomités gevoerde activiteiten. Eindelijk was het dan zo ver. Op 4 juli 1931 werd de eerste binnenlandse luchtlijn door de K.L.M. geopend, Rotterdam-Haamstede. Met de klassieke verkeersmiddelen deed men 5V2 tot 7 uur over het traject. Het vliegtuig overbrugde deze afstand in 25 minuten. Aanvankelijk lag het in de bedoeling een garantiefonds te vormen, doch een toereikend bedrag kon niet worden verkregen. Wel bestond er veel belangstelling en met het oog hierop besloot de K.L.M. gedurende de maanden juli en augustus (welke termijn later tot 28 september werd verlengd) op zater dag en maandag voor eigen risico een proef- cienst te exploiteren. De belangstelling was dermate groot, dat er op zaterdag vaak een extra machine ingezet moest worden. De verbinding van het vliegveld met Zierik- zee werd onderhouden met een autobus. In 1932 werd de dienst voortgezet en trok men de. luchtlijn door naar Vlissingen. Van 1933 af kon men gedurende de zomermaanden naar Knokke-Zoute vliegen. Dit lijntje werd wel het goklijntje genoemd in verband met de casino's langs de Belgische kust. Het doortrekken van de luchtlijn naar Oostende in 1934 werd geen succes. Aanvankelijk vloog men alleen in de zomer en dan nog slechts enige malen per week. In 1933 vloog men voor het eerst ook in de winter door. Het passagiersaanbod werd echter steeds groter en in 1934 werd de dienst dan ook twee maal per dag gevlogen. Toch moest men nog extra vliegtuigen inzetten. Op zaterdag 1 september van dat jaar werden zelfs 91 passagiers ver voerd, waarvoor 12 extra vliegtuigen nodig wa ren. Van 1935 af vloog men in de zomermaanden het traject drie maal per dag. Wat het aantal passagiers betreft, kwam Haam stede als luchthaven op de derde plaats na Amsterdam en Rotterdam. In 1934 werden in totaal op de Zeeuwse luchtlijn 9.931 passagiers en 54.721 kg vracht vervoerd. Ten gevolge van enige ongelukken met K.L.M.-toestellen vertoon- Fokker F VIII Cyclone op het vliegveld Haamstede I 130

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1971 | | pagina 22