Verseput, Ir. J. P. Weele, J. M. van Werf, H. van de West, Mr. J. H. H. van Nieuwenhuyzen, Mevr. C. I. van Konijnenlaan 3 Wassenaar Gerbrandylaan 23 Middelburg De Meij van Streef kerklaan 1 Vlissingen Mr. C. C. Asserlaan 17 Middelburg A. Lauwereyszstraat 54 Middelburg Inlichtingen over het lidmaatschap van het Genoot schap kunnen worden ingewonnen bij het secre tariaat, Abdij 9, Middelburg, tel. 01180-8055. Nederlandse bureaucratie in toekomstperspectief Op 30 maart jl. hield prof. dr. H. A. Brasz (Vrije Un.) een lezing voor de juridische werkgroep onder bovengenoemde titel. De Amsterdamse hoogleraar gaf aan de hand van de uitkomsten van een jaar college over de verwachte ontwikkeling van de bureaucratie in Nederland verschillende interes sante hypothesen weer, die naderhand in de dis cussie nog eens duidelijk in het licht werden gesteld. Uitgaande van de theorie van Max Weber, die de begrippen hiërarchie, discipline, waarborgen, ran gen etc. centraal stelt, meende spr. dat er sinds dien nog niet veel is veranderd. Integendeel het Weberiaanse model geldt nog heden ten dage. Persoonlijk wilde prof. Brasz de bureaucratie aan drie zijden afgrenzen, namelijk door de grens van de politiek, de persoonlijke sfeer en de verhouding tot de cliënten, d.w.z. de burgerij aan het loket. Wat de verhouding tot de politiek betreft signa leerde spreker dat steeds in Nederland het accent gelegen is op een scherpe scheiding: alleen de bestuurder draagt hier verantwoordelijkheid, niet de ambtenaar. Dit brengt de ambtenaar in een vrij onaantastbare positie, die zich niet verdraagt met de belangrijke invloed die hij blijkens recente onderzoeken uitoefent op het overheidsbeleid. De consequentie zou zijn het ambtenaarschap te politiseren. Echter de hoogleraar wilde niet het Amerikaanse systeem daarvoor annexeren, doch het moest volgens de spreker mogelijk zijn een ambtelijke bovenlaag uiteraard met een grote mobiliteit tot op zekere hoogte politiek verant woordelijk te maken, in verhoudingsgetallen uit gedrukt zo'n 5000 functies op de in totaal 600.000 ambtelijke functies. Een en ander zou tot een andere status leiden voor de ambtenaar. In het vlak van de persoonlijke verhoudingen ligt in de ambtelijke wereld het grote probleem van de hiërarchie. De invloed van de bedrijfskunde is hier merkbaar. De gedachten zouden kunnen gaan in de richting van een meer anti-autoritaire verhouding in het apparaat. Deze ontwikkeling zou tot een team-vorming leiden. Toch lijkt er geen deugdelijk alternatief aanwezig voor de bevelshiërarchie. Een speciale rechtsposi tie voor ambtenaren past in dit kader niet. Ook de autoritaire relatie overheid-onderdaan, het laatste woord drukt dit duidelijk uit, komt in een nieuw licht te staan. In de huidige verhou dingen is veel geënt op het principe van de onder schikking, de overheid geeft beschikkingen. De ideale situatie wordt bereikt als overheid en bur ger in een contractsverhouding zouden komen te staan, ieder als gelijkwaardig partner. Dit zou echter een totale mentaliteitsverandering inhouden b.v. ook in de verhouding in de sfeer van het loket: ambtenaar tegenover burger. De consequenties zag de hoogleraar refererend aan de uitkomsten in de colleges als volgt: 1. verandering van ambtelijke status voor de top- funktionarissen, met als mogelijkheden een deels politiek verantwoordelijke periode van de carrière en een tijdvak van een zuiver ambteliijke loopbaan; 2. afschaffing rangenstelsel; team-work in over heidsdienst misschien nivellering van de be zoldiging; 3. behandeling van de burger op voet van gelijk heid, tendenties tot openheid zullen versterkt worden, contractuele verhoudingen tussen bur ger en overheid. Spreker memoreerde dat onder de studenten groot optimisme heerst over het tempo waarin de veran deringen zich zullen voltrekken. Persoonlijk zag prof. Brasz dit minder optimistisch in, wel wilde hij erkennen dat het bijzonder nuttig zou zijn als ver schillende beleidsambtenaren geconfronteerd zou den worden met de volledige druk van politieke verantwoordelijkheid. Op het referaat volgde een levendige discussie. F. J. Burger. De volgende lezingen zullen worden gehouden op: 25 oktober door prof. mr. H. Schuttevaer: „Ons publicatiestelsel inzake onroerende goederen" (vgl. Themis 1970). 20 januari 1972 door prof. mr. J. M. Polak: „Vergoeding en toerekening van kosten van ekonomische groei", waarbij verschillende schaderegelingen worden behandeld (vgl. WPNR. 5070). 6 maart 1972 door dr. J. Kooiman: „Besturen is beslissen". De lezingen worden gehouden in het gebouw Abdij 11, te Middelburg; aanvang 8 uur 's avonds. 137

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1971 | | pagina 29