het beroep van zijn vader. Hij zag daar niets in, en werd slagersknecht in Dinteloord. In 1919 begon hij een slagerij voor zichzelf in Krabben- dijke, en in 1920 behaalde hij zijn slagersdiplo ma, uit vrije wil. Ook het veekennisdiploma haalde hij tegelijkertijd. De winkel in Krabben- dijke heeft steeds goed gelopen. Er was voor twee gezinnen brood in. In 1962 is de familie uit de zaak gestapt. Dat heeft hem pijn gedaan. Hef bekende naambord heeft hij meegenomen en bewaard. Zuidweg-Burger bleef echter ijverig werkzaam. Sinds 1912 handelde hij zelfstandig op de markt van Rotterdam en verkocht hij rundslachtvee en slachtschapen aan slagers en grossiers. Commissie-inkoop voor derden was niets voor hem; hij kocht en verkocht voor eigen rekening en risico. Een volbloed handels man. Het gewicht van een beest kan hij, zoals goede vaklieden, uitnemend schatten, op de kilo af bijna. Door ervaring leerde hij dat. Op de weegbruggen te Breskens, Vlissingen, Zierikzee, Sluiskil en Hulst woog hij duizenden dieren. De schapen gingen op een groot model bascule. Op 'n keer wogen die schapen allemaal enkele kilo's minder dan hij dacht. Een leverende boer stootte hem aan en zei: „Je wordt verdonderd". En jawel, één der helpers drukte onzichtbaar z'n laars onder het weegtablet van de bascule, 't Was natuurlijk klaar. Maar diezelfde boer woog enkele jaren later ossen bij Zuidweg-Burger. Ook toen bleken die ossen zwaarder dan hij meende dat mogelijk was. Door ervaring ging Zuidweg nu eens kijken achter de bascule, en warempel paste diezelfde man dezelfde truc toe. Zuidweg-Burger heeft altijd schapen gehouden, al waren het er maar een paar soms. Dit doet hij al van z'n zesde jaar. Honderden heeft hij er geslacht. Dat hij een dierenvriend was wist de dierenarts De Groof. Die had eens een kwaad schaap, en dierenvriend als ook deze is wilde hij dat mooie schaap niet doden. Het had echter één van zijn kinderen aangevallen en het moest daarom weg. Aan Zuidweg-Burger vertrouwde hij het toe. Pas er goed op, zei De Groof, en je mag het niet slachten. Zuidweg-Burger beloofde dit. Het kwaaie schaap was nog maar enkele weken bij hem, toen op 'n middag het zoontje van Zuidweg-Burger om hulp schreeuwde. Wat gebeurde er? Het schaap was bezig het kind met z'n kop krachtig te duwen in een doornenhaag langs de tuin. Het jongetje was er al bijna in verdwenen, en Zuidweg, die vroeger een zoontje had verloren, vergat zijn belofte. Hij pakte een stuk hout en sloeg het schaap met één klap dood. Een halswervel afgeslagen. Afgelopen met die fratsen. Hij sneed als slager het dier deskun dig de nek af, liet hem uitbloeden, en enkele dagen later ging het gezin-Zuidweg er van eten. Ja, zaken zijn zaken. Alles wordt in deze wereld nuchter opgelost. En precies op deze etenstijd komt De Groof binnen. ,,U mag aanzitten, me neer De Groof, maar je zal het niet lusten". „Waarom niet", vroeg deze. „Het is je eigen schaap". „Potverdikkeme, wat is dat nou?", zei De Groof wat stugger wordend. Toen vertelde Zuidweg-Burger het gebeurde. De Groof had een soortgelijke ervaring opgedaan en hij accepteer de het handelen van Zuidweg. Hij heeft meegege ten. Maar toch had Zuidweg-Burger er een hekel aan zijn woord niet te hebben kunnen houden. De jacht is een hobby van hem. Hij is een uitstekend jager, onvermoeibaar en een liefhebber van de uitgebreide jachtschotels na afloop van de jacht. Zijn eerste jachtacte kocht hij in 1928 voor f 22,50. Zijn liefste werk is paardrijden. Zoiets hoort bij de grote jacht. En verder het wedden! Steeds spelend op winst. Je hoort het al in z'n praten. Als er een verschilpunt is dan is 't al gauw: wedden? Twee keer is Zuidweg-Burger op de horens genomen. Eén keer was het in de wei. Hij kon niet wegspringen en werd van de horens gewor pen in een meidoornhaag. De tweede keer was het erger. Er stond een kinderwagen van een buurvrouw langs een huispadje en een slootkant. Een duvels kwaaie vaars van V/2 jaar, waar ze al veel last mee hadden gehad, liep in de naastliggende wei en deze had het voorzien op de kinderwagen. De moeder durfde de wagen niet meer weg te halen. Zuidweg sprong op de slootkant, trachtte het dier door schoppen weg te krijgen, want bang van beesten is hij nooit. De lastige vaars werd woedend. Hij wierp zich op Zuidweg, rukte hem al zijn kleren van het lijf en smeet hem op de horens in de modderige sloot. Zuidweg wist een ijzeren staaf te grijpen en sloeg het dier een oog uit, slaande waar hij hem raken kon; liggend in de slootkant. Slechts met hulp van anderen wist hij het wilde dier te verdrijven. Nog dezelfde dag werd het dier geslacht. Slagers maken er korte metten mee. Zuid-Burger heeft nooit auto gereden, hoe vreemd dat van deze ondernemende en vitale man ook klinkt. Tot 1940 heeft hij zware motoren bereden, het vervoermiddel bij uitstek voor het platteland met de slechte wegen van toen. Vijf motoren heeft hij versleten tot op de draad: een Sarolea, een Indian/Scout 5/7, twee DKW's en tenslotte een snelle NSU. Nu rijdt hij nog wel op een brommer, maar veel doet hij met trein en bus. En vanzelfsprekend nemen collega's en vrienden hem vaak mee. Nimmer heeft hij ongevallen veroorzaakt of gehad zelfs. Maar zo'n record is niet moeilijk als je al in 1940 bent gestopt met motorrijden. Beter bange Piet dan dooie Piet zal hij hebben gedacht. Zuidweg-Burger heeft vele functies bekleed. Hij schreef ook in een Zuidafrikaans veeblad „Die Vleisnywerheid". Hij wist er foto's in geplaatst te krijgen van Krabbendijke, van Goes en van de veemarkt in Oostburg, met gepremieerd klasse vee. Daar is hij groos op. Hij is ook nog opzichter van een deel oesterpercelen in de Oosterschelde, uit liefhebberij, om te letten op clandestien zagers spitten. Iets voor de zondag morgen. En je kunt er op rekenen dat hij dan nog twee oogjes in 't zeil houdt. Momenteel is Zuidweg weer begonnen met lesgeven aan de opleiding veehandel te Goes. Ze kwamen hem 115

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1971 | | pagina 7