Nieuw Vlissingen in 1628. De oudste afbeelding van Tobago. Vermoedelijk vervaardigd door Dirk Ruiters. (A.R.A., Den Haag). achtergebleven kolonisten geruild tegen tropi sche produkten, die dan bij een volgend bezoek van de schepen onmiddellijk konden worden ingeladen. De kolonisten begonnen daarbij zelf plantages aan te leggen, waar ze tropische gewassen verbouwden, die zeer gewild waren in Europa en waarmee hoge winsten konden wor den gemaakt. Om hen tegen de aanvallen van de De verovering van het Zeeuwse fort door de Spanjaarden en Indianen op 2 december 1636. (Zie Anderson, literatuurlijst). Indianen, die dikwijls geen vreemde indringers duldden, te beschermen, werden versterkingen gebouwd. De Zeeuwen hadden in 1600 al twee forten aan de Amazone. Vooral na de oprichting van de West-Indische Compagnie in 1621 (op initiatief van Usselincx) begon men ernst te maken met het stichten van volksplantingen. Partikuliere ondernemingen in het oktrooigebied werden verboden, maar daar stond tegenover, dat kolonisatoren, die een pa tent van de W.I.C. hadden, in alle mogelijke opzichten gesteund zouden worden, o.a. bij de defensie van de in bezit genomen plaatsen en het transport van kolonisten. DOEL VAN DE KOLONISATIE Hoe kwamen de Nederlanders ertoe, het eilandje Tobago, slechts 296 km2 groot, zo belangrijk te achten dat ze er een blijvende kolonie wilden vestigen en gedurende vijftig jaar een groot aantal mensenlevens en aanzienlijke kapitalen geofferd hebben om het te behouden? Het eiland bood vele voordelen. De vulkanische bodem was vruchtbaar en geschikt voor de verbouw van allerhande tropische produkten, er waren voldoende rivieren, het klimaat was vrij gunstig voor Europeanen, het eiland had uitste- 142

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1971 | | pagina 2