Eeuwfeesten in het
icht van hun tijd
M. P. de Bruin
Staats-Stads-Vaders, Burgers, Maaghen,
Vrienden, Vreemden, zaagt gy ooit
B'yder dag, der blyde dagen
Die gy hebt beleefd, (ik nooit!)
Dan, toen 't Twee-Eeuws-Jubilé
Werd gevierd ter deze Steê?
m. Orsru
VAN HET VUüRVfESK VOOH 11ET HuiS VAN DEN HEEK OuD-SCHEPES ABRAHAM X.OUYSSETJ op don 6. April l77A
Dit is het begin van een van die gedichten,
opgedragen aan ds. Jan Jacob Brahé, die naast
zijn predikantschap minstens twee jaren van
zijn leven heeft besteed het tweede eeuwfeest
van Vlissingen te herdenken. Hij liet in 1772 zijn
'Kerkelijke redenvoering, ter gelegenheid van het
tweede eeuwgetijde der Vlissingsche vryheid'
verschijnen. Hoe belangrijk ook zijn redevoering
was en naar wij hopen op boeiende toon
uitgesproken hij heeft op 6 april 1772 zijn
toehoorders in de St-Jacobskerk te Vlissingen
wel op de proef gesteld. Zijn redevoering telt
108 bladzijden, weliswaar met noten, gevolgd door
een gebed van 16 bladzijden en om vooral te bewij
zen wat hij heeft gezegd wij zijn in de 18e eeuw
worden nog enige bijlagen toegevoegd. Wanneer
hij dan tot bladzijde 74 is genaderd, zegt de Vlis-
singse pastor losjesweg: 'Laat deze weinige proe
ven genoeg zyn, om U de heuglyke gevolgen van
Vlissings Paasch- en Vryheidsdag te herinneren'.
100