Hij somt vervolgens op welke zegeningen Vlis-
singen heeft ontvangen, terwijl de stad behoed is
voor vuurs-, winds- en watersnood. Wanneer er
gesproken wordt over kunsten en wetenschappen
wordt het Zeeuwsch Genootschap niet vergeten
('voor weinige jaaren alhier opgericht').
Het is door 's hemels zegen tot aanzienlyke
stand opgeklommen en de wens wordt uitgespro
ken dat het tot in lengte van dagen tot een der
edelste voordeeligste en roemrykste sieraden van
Vlissingen mag strekken.
vervolg in de naaste Courant. De Middelburger
van 1872 is sneller, die begint op maandag 8
april met het verhaal van het derde eeuwfeest,
om de tiende te vermelden dat de herdenking op
waardige wijze is besloten.
De weergoden waren de zesde april 1772 de stad
gunstig. De zon kwam op en Brahé') zal in zijn
'Vlissings eeuw-vreugde op den twee-hondersten
geboortedag harer Vrijheid', dat in 1773 bij
Corbelyn te Vlissingen verscheen, hieraan een
fraaie volzin wijden. Wanneer wij nog zo dwaas
l>K MlUUEI.Bl'ECSlHi: PoOIT TE VUSSINBEX, MET DE DürORATIEX
Vlissingen heeft op maandag 6 april 1772 het
tweehonderdjarig jubelfeest luisterrijk gevierd.
Jong en oud waren al vroeg op de been. De
Middelburgsche Courant van 9 april weet te
melden dat groot en klein bij het aanbreken van
de dageraad naar de muren van Vlissingen
trokken om de deputatie van de Staten van
Zeeland te zien binnentrekken. Deze eerste Zeeuw
se Courant heeft op de wijze van een feuilleton, de
gebeurtenissen van de zesde april vanaf negen
tot eenentwintig april verslagen.
Telkens vindt men dan onder de artikelen: het
waren als onze heidense voorouders 'om dien
verbaazenden licht- en vuurkloot' als een godheid
aan te merken, ja dan was de opgang van de
zon als een gunstig voorteken te beschouwen
voor de viering van het feest.
Het feest in 1872 was met regen begonnen en de
verslaggever haalde enkele regels uit de 'Maegh-
den' van Vondel aan:
,De zonne schijnt niet alle daagh,
Noch juist wanneer 't ons valt gelegen.'
De regen kon een spelbreker zijn, maar in 1872
101