laatste punt wordt zo omschreven: 'laten wy altyd vervuld blyven met de diepste indrukken van eerbiedige hoogachting voor zulken, die de Heere, naar Zynen raad, gebruikte als geringe werktuigen in Zyne almachtige hand om de edele Vryheid en den hervormden Godsdienst te planten in ons Vaderland'5). Wij hebben ons afgevraagd waarom er geen eerste eeuwfeest is geweest. Te Water geeft ons het antwoord: het was 'niet gevoeglyk en byna onmogelyk' dit feest te vieren. Hij kan niet dan I met ontzetting aan het rampjaar 1672 denken, toen Nederland door binnenlandse onlusten werd verteerd, waarin ook Vlissingen werd betrokken. Maar of dit niet genoeg was: ons vaderland kwam in de gevaarlijkste oorlog die het ooit getroffen had. Op 7 april 1672 een dag later als het eerste eeuwfeest zou zijn gehouden verklaarden Frankrijk en Engeland ons de oor log, die men had zien kunnen aankomen. De Vlissingse predikant herhaalt het: 'In zulke tydomstandigheden begrypt men lichtelyk, dat het ongevoegelyk en bykans ondoenlyk was, om eene feestviering te houden en openlyke vreugde te bedryven over de verlossingen van ons Vader land, en de omwending van deze Stad, toen honderd jaaren geleden'6). Om terug te komen op 1772. Met drie boeken, twee in hetzelfde jaar en een in 1773, zou men kunnen denken dat Vlissingen voldoende her dacht was. Niets is minder waar. Om er nog enkele te noemen. Nicolaas Cornells Lambrecht- sen wijdt zijn proefschrift7) aan de bevrijding van Vlissingen, dat hij opdraagt aan het Zeeuwsch Genootschap waarvan hij van 1801 tot 1823 voorzitter is geweest. De rector en conrec tor van de Latijnse school te Vlissingen laten respectievelijk hun redevoering8) en lofdicht in fraaie 18e-eeuwse band in druk verschijnen. Bij al deze, mag men zeggen overdaad?, zou men gemakkelijk kunnen vergeten dat het voor Vlissingen een periode van neergang was in economisch opzicht, in tegenstelling tot de bloei der letteren door Meertens beschreven. De magi straat, die volgens haar publicatie wegens te sterke stijging der prijzen de burgerij niet op 103

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1972 | | pagina 67