Notaris Van Dalsum heeft geruime tijd een weekblad voor Hulst uitgegeven, leder mocht er zijn grieven in kwijt. De heer Brand bezit enkele jaargangen van De Volkswil, hij toont ons het nummer van 18 november 1911. Het munt niet uit door helderheid van stijl. In de kop staat: De Volkswil, gewestelijk en algemeen weekblad te Hulst. Richting: Voor waarheid en recht, door eigen daad en door daad van anderen, zonder aanzien van persoon of partij. Stichter H. A. van Dalsum. Ik verwacht een krant te zien als De Toekomst, het weekblad dat vrije socialisten in Middelburg vele jaren uitgaven, of een krant als die van Pieter en Adolf Daens, de Aalster voorvechters van een Christelijk-sociale beweging. Maar het eerste dat me onder ogen komt is een artikel van de 'stichter' over de economische positie van Zeeuwsch-Vlaanderen, waaraan ik ontleen „Onze meening is dat Zeeuwsch-Vlaanderen en Belgisch Vlaanderen alleen kunnen worden ge diend, als Belgisch Vlaanderen zich uitbreidt over Zeeuwsch-Vlaanderen naar de Schelde". Notaris Van Dalsum liet Hulst een koffer vol geschriften na, grotendeels onuitgegeven en zelfs ongelezen gebleven. Zou uit die manuscripten het beeld naar voren komen van een zoeker, een non-conformist met verrassende ideeën - of zou de lezer alleen maar teleurstelling wachten? Brand en andere contemporainen spreken van een onafhankelijk, sociaal-voelend en vereen zaamd man. „Hij verscheen trouw in de kerk, maar bleef altijd achterin staan". Onder de weinig-gefortuneerden van Hulst ver wierf Van Dalsum populariteit. Nog herinneren ouderen zich een versje: Daar is gekomen De Volkswil, een krant die bekend zal maken dat de pot is aangebrand. Wie zal het wagen op leven en dood om mensen te helpen, 't zij Christen of Jood? Dat doet Van Dalsum voor waarheid en recht. Wij abonneerders blijven aan hem gehecht. Trouw in dit leven, trouw tot de dood, zijn woorden zijn edel, zijn daden zijn groot. Heerste er grote armoede in Hulst, zo'n zestig jaar geleden? De heer en mevrouw Brand kun nen zich niet voorstellen, dat het in hun geboor teplaats erger gesteld was dan elders. Mevrouw Brand herinnert zich nog wel, dat tegen Kerst mis gecollecteerd werd voor de armen en dat de kinderen van de minstbedeelden in de kerk netjes werden aangekleed. Onze gastheer en gastvrouw stammen beiden uit de ambachtelijke middenklasse: vader Brand exploiteerde een hotel-restaurant, de vader van mevrouw Brand was een meester-brouwer, die een bescheiden erfenis benutte om zelf een brouwerij te beginnen. Hard werken, in beide ouderlijke bedrijven. „Een slameurig bestaan", vertelt mevrouw Brand, „voor heel het gezin maar óók een opgewekt bestaan. Vader bouwde zijn bedrijf met eigen handen, eigenlijk nog helemaal naar P. J. Brand middeleeuwse trant. Heel de inventaris zou nu in een museum op zijn plaats geweest zijn. Vader maakte zelf zijn vaten, kuiste ze, solferde. Om dat Hulst destijds nog geen waterleiding kende, moest al het water opgepompt worden - en ontijzerd, anders vormde zich een onappetijtelijk vlies op het bier. Over pompen gesproken: hoe vaak heb ik niet het bier uit de ketel in het koelvat overgepompt honderdzestig slagen". De prijs van het produkt bedroeg acht cent per literfles, de vraag naar bier was in Hulst groot genoeg om vijf vlijtige brouwers een redelijk bestaan te garanderen. „Je had de brouwerij De Halve Maan, De Rode Leeuw, de brouwerij Wauters dat was vader enfin, vijf in getal". Brand: „Bij toerbeurt genoten zij de klandizie van het pensionaat, dat de zusters Franciskanes- sen hier leidden sinds 1852 al. Bij elke warme maaltijd werd er voor de jongejuffrouwen bier geschonken. Hef was verboden je glas naar een tafelgenootje door te schuiven". Het bier moest erin; en nog altijd is het in, te Hulst. De leefgewoonten zijn er eer Vlaams dan Zeeuws. En vertoont ook de moderne ontwikkeling van het stadje geen overeenkomst met die van Oostvlaamse gemeenten? Denk aan de opkomst van de textielnijverheid in het nabije Sint- Ni klaas en in Aalst. Wanneer is die bedrijvigheid in Hulst begonnen? „In 1909 vestigde Behaegel- De Nijs hier een wolfabriek, tijdens de eerste 149

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1972 | | pagina 25