hun plan getrokken, ten aanzien van de Schelde-
oevers, ten aanzien ook van het Verdronken Land.
Onze maatschappij houdt uitverkoop van stilte en
rust, van zuivere lucht en zuiver water; goederen
zonder economische waarde, vier waardeloze
winkeldochters.
Het Verdronken Land van Saaftinge is een gevaarlijk
terrein. Om het te betreden behoeft men de toe
stemming van de Dienst der Domeinen te Goes. Deze
verwijst naar de opzichter van de vogelstand, de ge
pensioneerde adjudant der Rijkspolitie F. van de
Zande te Clinge. Van de Zande kent het schorreland
van Saaftinge als geen ander. Hij vertelt: „In het
begin van mijn loopbaan hier in Clinge, onderhand
zesendertig jaar geleden, riep een collega mijn
assistentie in. Op het Verdronken Land werd name
lijk op een bandeloze manier gestroopt. Deftige
Belgen verschenen met jachten in de monding van
de kreken en vuurden er met kanongeweren op de
eenden. Een kanongeweer stelt je in staat met één
klap tweehonderd vogels te doden; het is eenvoudig
massamoord. We roeiden er heen, mijn collega en ik.
Het gezelschap bestond uit wat men noemt no
tabele Heden, mannen met titels en dubbele namen,
maar zonder jachtakte en zonder vergunning. Enfin,
we schreven processen-verbaal aan de lopende band
en namen een heel arsenaal in beslag; in 1936 veer
tien jachtgeweren en vier kanongeweren. Een
Tekening A. P. Maas
Jo Mattheijssen bij de Eerste kooi
kanongeweer, denkt u daar niet te licht over: het
weegt zo'n tachtig tot honderd kilo. Nu, in dat jaar
heb ik het Verdronken Land ieren kennen. Ik vind het
een machtig natuurgebied, het boeit me tot op de dag
van vandaag.
In de oorlogsjaren kreeg de terreinkennis van Van de
Zande een bijzondere betekenis. Direct na de mei
dagen van 1940 zon de politieman op mogelijk
heden de Duitsers tegen te werken. Geleidelijk
kregen zijn plannen gestalte: hij ging mensen helpen,
die door de vijand werden gezocht, hij koos vóór het
wild en tegen de jager. „Als je een dergelijke be-
197