niemand had er over gesproken
25
niemand had erover gesproken
maar toen in de nacht de klok sloeg
wist ieder het water.
de andere dag werd er niet gezongen in de kerk,
het koor, de mannen stonden aan de dijk.
de vrouwenkant was vol met zware rouw en rozenkransen.
plotseling wist je dat tussen bolle harde koeien
ooms en tantes aanspoelden,
zag je de grote witte boot voor de overkant
scheef en onttakeld op het vette land
en net over de dijk
een lange smalle rand van kleine hobbelpaarden
en meisjespoppen zonder kleren.
het was de dag van het grote water
dat je mooi vond en rechtvaardig.
het was de maand van de heilige kindsheid:
kranten met de eerste bleke foto's,
rode kruis-kleren, helicopters, soldaten
en een regeringsdakota die steeds meer zakken aanvoerde.
één pak trof de buurman,
die was toen ook dood.
maar, al bij al,
het grote water wilde op ons hoge stukje
land niet komen
en de school ging als een noodeditie door.
het gedicht „als de dagen waren geteld" dateert uit 1959, „zomer aan
zee" werd eerder opgenomen in het tijdschrift voor letteren „maatstaf"
(1968), „niemand had erover gesproken" is van 1970.