Walcheren in benauwdheid 19 Februari 1574 ging Middelburg over. Februari 1974 is dit vierhonderd jaar geleden. In maart 1 574 stelde de prins reeds een nieuw stadsbestuur samen. Nog dezelfde maand vergaderde de kerkeraad der Gereformeerden. Gelein de Hoorne kwam spoedig uit Engeland over. „Papen ende Monicken" waren vertrokken „alleenlijck met haer eygen kleederen". Wonderlijk blijft het dat na het wegvallen van de abdij als geestelijk, wereldlijk en cultureel centrum geen vacuums ontstaan. Dertig jaar later gaven de Staten van Zeeland, in wier college Middelburg een grote rol ver vulde, opdracht de overwinning op de Spanjaarden op een zevental tapijten te vereeuwigen. Nog door vijanden om ringd. Intocht der troepen van de prins van Oranje in Middelburg, 23 februari 1 574 (Hist.-top. Atlas, III, 52). Verantwoording: De psalmen van Utenhove van 1566 zijn aanwezig op de tentoonstelling „Jubilate Deo" in de Abdij te Middelburg. Drs. A. J. van Kraay, die de catalogus van deze tentoonstelling heeft samengesteld ver strekte ons gegevens. Over hagepreken, beelden storm, aanslag op Walcheren vindt men talrijke gegevens in dr. J. van Vloten: „Onderzoek van 's Konings wege ingesteld omtrent de Middel- burgsche beroerten van 1566 en 1 567" (1873). P. Geyl, jarenlang hoogleraar geschiedenis Utrecht, is in zijn geschiedenis van de Nederlandse Stam (deel I, 1948) voor de besproken jaren in zijn element. Beknopt, maar zeer indringend, heeft drs. W. S. Unger de geschiedenis van Middelburg en omtrek beschreven (2e druk, 1 966). De geschiede nis van rat en bruiloft vindt men terug in A. 's Grave- zande: „Tweede eeuw-gedachtenis der Middel- burgsche Vrijheid (1774)", blz. 514, 518 en 519. Dichter, illustrator en uitgever hebben onnavolgbaar samengewerkt in „Middelburgs 's overgang", Rei- zangen van P. C. Boutens, prenten van Frits Lens- velt (1925). Wat de illustraties betreft: de afbeeldingen 1 -3 zijn geput uit „Kurtzer bericht, desjenigen was sich im Nederlandt in Religions sachen Und sunst von Anno 1566 biss auff disz Gegenwertigen Siebent- zigsten Jahrs zu getragen hat (1 570), gravures van Hogenberg, zeer zeldzaam exemplaar in de Provinciale Bibliotheek van Zeeland. De zeven tapijt behangsels, aanwezig in het Zeeuws Museum, zijn beschreven door J. van de Graft, met afzonderlijk de afbeeldingen (1869). De slag bij Reimerswaal is no. II. M1 D tun Smqèrm m <ièr Sxutt ktrirjynd mur lik uvntrn mtfrt Dan hungers, nor ow vferyrüp X3CZUI xjc. '&£rua-

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1973 | | pagina 19