regionaal-economisch onderzoek en de ordening van de nationale ruimte
14
stukken ondergebracht in een mede
door de regio's beheerd centraal or
gaan, waarin ook de RPD en Rijks
waterstaat deelnemen. Door een in
breng van de zijde van de provinciale
organen kan worden voorkomen dat
hier te sterke centralistische tendenties
gaan optreden.
ETI
Ik kom nu aan enige specifieke ETI-
taken, ten dele van funktionele, ten
dele van territoriale aard. De
industriële problemen zijn de laatste
jaren in een ander licht komen te staan,
met milieu en kringloopproduktie als
kentekenen. Naar voren komt de vraag
welke sektoren ons land wel en niet
tot ontwikkeling moet brengen, zulks
in verband met het behoeftepatroon,
de internationale arbeidsverdeling, de
betalingsbalans en dergelijke. Het
regionale beleid krijgt een meer
sektoraal aksent. Wanneer de lande
lijke ontwikkelingslijnen van het sektor-
beleid zijn vastgesteld, kan een zekere
provinciale toedeling plaatsvinden. Dan
komt het vraagstuk van het selektieve
regionale investeringsbeleid aan de
orde, waartoe gedeputeerde staten het
ETI een opdracht heeft gegeven. In
een te ontwerpen model komen de
restrikties ten aanzien van verschil
lende produktiefaktoren aan de orde:
arbeidsaanbod en -kwaliteit, ruimte,
milieu, politieke faktoren, premiëring,
infrastruktuur, woningbeleid, voor
zieningenniveau en dergelijke. Dit is
een aangelegenheid die het ETI zich
voorstelt met het Opbouworgaan en
de PPD te behandelen. Ten aanzien
van de Axelse vlakte als zeehaven
terrein is het ETI onder andere met
het havenschap en de milieu-inspektie
in opdracht van Sas van Gent bezig
langs sektorale weg tot normen te
komen. Daarnaast is een werkgroep
bezig in het nationale vlak tot een
evaluatie van de ontwikkelingskansen
voor dit terrein te komen, hopelijk met
mogelijkheden tot premiëring.
Het spreekt vanzelf dat het ETI even
als het Opbouworgaan zijn zorgen ook
blijft uitstrekken naar niet-industriële
sektoren, waarvan ik reeds de vis
serij en de dienstensektor noemde, en
ook de rekreatie wil noemen. In deze
laatste sektor is een onderzoek voor
een partikulier onderneming afgeslo
ten, waarin de behoefte aan een tweede
woning ekonomisch is gepeild.
Het ETI-rapport over de ontwikkeling
van de dienstensektor in onze pro
vincie is in gevorderd stadium. Na wat
professor Lambooy hierover heeft
meegedeeld kan ik kort zijn. Het een
voudigst ligt het ten aanzien van de
diensten die aan inwonertal en inko
men zijn gebonden en van de diensten
die aan de regionale produktie zijn
gebonden. De dienstenexport en met
name de beheerssektor zoals door
Lambooy omschreven zijn heel wat moei
zamer te verwerkelijken. Het feit dat
de transportkosten relatief dalen en
de kommunikatiekosten juist stijgen
bevordert de koncentratie en agglo
meratie van de dienstensektor. Het is
de vraag of dit agglomeratie-proces
binnen onze provincie ook niet be
vorderlijk zou zijn aan de ontwikkeling
van de dienstensektor. Wanneer Zee
land hier de boot mist zouden wij voor
dezelfde moeilijkheden komen te staan
als na de oorlog toen de provincie
industrieel achterbleef. Een onderzoek
en akwisitiebeleid is nodig. Ik denk
hierbij ook aan het (bijzonder) regio
nale welzijnsbeleid en bijvoorbeeld het
ziekenhuiswezen.
Het onderwijs waarover het ETI
een bijdrage aan de sociaal-kulturele
ontwikkelingsschets leverde is een
andere sektor waar beide instituten
veel aandacht aan besteden. Er is door
het ETI-Zeeland een voorstel gedaan
om eventueel samen met de Opbouw-
organen in alle provincies de toekom
stige geografische struktuur van het
onderwijs te onderzoeken in samen
hang met de toekomstige werkgelegen-
heidsstruktuur. Voor het overige stelt
het ETI ook onderzoekingen in naar
de lerarendagopleiding, een school
voor hoger ekonomisch en admini
stratief onderwijs en andere speci
fieke voorzieningen. De ETI-bijdrage
aan het onderzoek naar de kleine scho
len in en de integratie van het kleu
ter- en lager onderwijs heeft betrek
king op een kosten-batenanalyse.
Voor de regionale raad van de ar
beidsmarkt onderzoekt het instituut
samen met het Distriktsbureau voor
de Arbeidsvoorziening ook wat de
kwaliteit betreft de gang van zaken
op de arbeidsmarkt, de woningbouw
enz. in de jaren vijftig, zestig of zeven
tig. Door een eenvoudige jaarlijkse bij
stelling van het dossier krijgen we
belangrijke regionale indikatoren ter
beschikking. De arbeidsmarkt wordt
aan onderzoek onderworpen door
vele instellingen, waaronder de Ko
ninklijke Akademie van Wetenschappen
en het Centraal Planbureau. Het is
nodig hierin een aktief aandeel te
nemen. Anders krijgen wij ons per
post de dienst aangezegd.
De stedelijke en binnenstadsproblemen
zijn zeer aktueel. Lambooy sprak over
het grootstedelijke milieu en de
dienstensektor. Wanneer de groei van
onze steden niet ten koste wil gaan
van de plattelandskernen is een mini
male groei van het inwonertal nodig.
Dit bleek uit het ETI-onderzoek van
Terneuzen dat binnenkort wordt ge
publiceerd. De eerder vermelde prog
nose komt neer op een toeneming van
het aandeel van Zeeland in het natio
nale totaal van 2,3 naar 2,6 procent
in een kwart eeuw, waar de achter
liggende vijfentwintig jaar de tendens
van 2,6 naar 2,3 procent was. De in
wijking die hiermee gepaard gaat is
mede een gevolg van de spreiding en
van de aanpassing van de kwaliteit
van vraag en aanbod op de arbeids
markt. Aan het gemeentebestuur van
Vlissingen heeft het ETI een advies
uitgebracht over beleidsanalyse en
beleidsplanning. Met het Opbouw
orgaan zouden wij een enkele gemeen
te in dit denken over integrale planning
kunnen bijstaan. In de vele gemeente
lijke rapporten en kapitaalplannen
moet een houvast worden gevonden
voor het jaarlijks doelbewust aan
snijden van een meerjarenbegroting.
Tezamen met de andere diensten is
ook het vraagstuk van de kernen
hiërarchie aan de orde, in wezen voor
al een kwestie van ontwikkeling van
de dienstensektor. Dit geschiedt ook
in het perspektief van het Benelux-
grensgebied. Ook andere studies
zeehavens, verkeer, rekreatie bijvoor
beeld kunnen in Benelux-verband
aan de orde worden gesteld.