van conflict naar compromis? 5 latende blokkendam ontstond voor de commissie de tijd die nodig was om de bouw van een stormvloedkering op de platen mogelijk te maken. De groep 'Zeeuws Meer?' koos mede om het bestaande geulenpatroon in de Oosterschelde zo min mo gelijk aan te tasten voor de bouw van een (of meerdere) stormvloedkering(en) in de geu len. Voor dit laatste stelde de groep doorlaatcaissons voor, ter wijl de Commissie kennelijk meer denkt aan de bouw van een kering in een bouwput. Om o.m. de uit ecologisch oog punt waardevolle gebieden tussen Tholen en St. Philipsland veilig te stellen koos de groep voor een Philipsdam. De Commissie stelt een Keetendam voor. Bij vergelijking van de twee plannen slaat de balans m.i. door naar de oplossing zoals die door de Commis sie is geformuleerd. Een redelijke veiligheid wordt snel verkregen door de aanleg van de blokkendam. Daar naast is het voortbestaan van de visserij vrijwel volledig gegaran deerd. Criteria Overigens kunnen bij het rapport van de Commissie nog wel enkele kritische kanttekeningen geplaatst worden. In de eerste plaats is het opvallend dat er in het rapport nauwelijks een weergave van het werkproces van de Commissie valt te onderkennen. Duidelijke criteria voor de beoordeling van de vele varianten en de verschillende ele menten uit de diverse mogelijkheden zijn niet weergegeven. Deze zijn na tuurlijk wel impliciet aanwezig, maar een overzichtelijke opsomming en formulering van doelstellingen en criteria had de beoordeling van de gekozen oplossingen gemakkelijker gemaakt. Zo is het bijvoorbeeld nu niet goed mogelijk na te gaan waar om de Commissie variant C5 geko zen heeft en niet variant C3. Het enige verschil tussen de varianten is gelegen in de plaats van de noorde lijke secundaire dam. (zie figuur 3). Voor C3 pleit dat het waardevolle schorrengebied tussen Tholen en St. Philipsland in open verbinding blijft met de Oosterschelde. Het getijvolu me verandert door het toevoegen van dit gebied aan het Oosterschel- debekken niet noemenswaard. Waar om dan de Keetendam? Uit oogpunt van de waterhuishouding? In ver band met de toekomstige wegen structuur? Het zou interessant zijn om de overwegingen van de Com missie te kennen. Te kort Een tweede opmerking betreft de behandeling van de verschillende as pecten. De Commissie heeft de grootste belangen toegekend (en te recht) aan de veiligheid, het natuur lijk milieu en de visserij. Het me rendeel van de tekst is aan deze aspecten gewijd. Het gevolg is nu wel dat de sociaal-culturele en voor al de planologische factoren erg kort afgedaan worden. De voorge- fSR»

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1974 | | pagina 5