sanctus yvo 2 zich, en vielen zij binnen op de Walcherse rede. De wijn werd daar gelost en bleef verder beschikbaar voor binnenlandse consump tie. Het zout werd in Arnemuiden in de zoutketen geraffineerd en deels gebruikt voor het zouten van de haring, deels weer uitgevoerd naar de Oostzeehavens. Voor het haringkaken waren immers enorme hoeveelheden zout nodig. In 1494 beliep de uitvoer van haring uit de Hanzesteden ongeveer 50.000 ton. Naar grove schat ting was hiervoor zeker 10.000 ton zout gebruikt. De gezouten haring werd veelal door de Bartoense schippers als retourvracht naar hun thuishaven meegenomen. Concurrentienijd Typerend voor de kleinschaligheid van de toenmalige verhoudingen is, dat Arnemui den, Middelburg en Veere om beurten poogden een groter deel van deze bedrij vigheid naar zich toe te trekken. Zo be klaagde de regering van Middelburg zich in een commissie" aan twee raadslieden die naar Nantes werden gestuurd om te onderhandelen met de Bretons, over het feit, dat ,,dagelijcx zoe lanx zou meer by eennige particulieren heeren van har- waertsover an de conincginne van Vranckerijcke, hartoginne van Bartangiën etc. groot vervolch gedaen wordt omme de Barthoenen, hare sujettente vervrem- den van de havene van Arnemude ende die te gecrigen, vlootsgewyse tot eenigen havenen ende steeden hemluyden eyghen toebehoirende, twelcke, indient zoe ge- buerde nyet alleene wesen en zoude tot grooten hinder, scade, prejudice ende achterdeele der voirscr. stadt, mair oick commen soude tot gheheelder desolatie van de voirscr. havene van Arnemude, dair deselve stadt de excysen ende andere incommingen dagelijcx heffende ende op- bu er en de es" Door de aankoop van Arnemuiden had Middelburg althans een concurrent uitge schakeld. Hoewel de Arnemuidenaars in theorie dezelfde vrijheden genoten als de burgers van Middelburg, moesten zij toch aan „excijnzen ende belastinge groote sommeaan Middelburg betaalen" en wer den hun door Middelburg ,,verscheide harde bepaalingen in 't stuk van Koop manschappen en Winkelneeringen voor- geschreeven". Bij de Arnemuidenaars rie pen deze maatregelen veel weerstanden op. Hoewel dus een belangrijk deel van de welvaart in de Zeeuwse handelssteden te danken was aan de door de Bartoenen on derhouden goederentrafiek, werden deze vreemde zeelieden door de overheden vaak onsympathiek, ja zelfs tactloos be handeld. Het lijkt er wel eens op, dat men een betrekkelijk gering maar direct, gelde lijk voordeel belangrijker achtte dan het aankweken van een duurzame vriend schappelijke relatie. Zo blijkt uit een brief, door Claude, koningin van Frankrijk en hertogin van Bretagne in 1519 gericht tot het Middelburgse stadsbestuur, dat Mid delburg 12 jaar lang zekere heffingen inde op door de Bretons aangevoerde ladingen zout en wijn, wegens het kapen van een Hollands schip in 1507, hoewel de inder tijd vastgestelde boete reeds lang was vol daan. In 1520 stuurt de hertogin van Bre tagne twee vertrouwde dienaren naar de Nederlanden om deze kwestie te regelen. Daarnaast kregen de beide mannen nog een andere delicate opdracht. De gelovige Bertoense zeelieden namelijk, die zo vaak en langdurig de Zeeuwse haven plachten aan te doen, hadden grote behoefte aan een bedehuis, waar zij ver van hun ver trouwde Bretonse kusten, toch hun eigen vaderlandse heilige, ST.-YVES op gepas te wijze konden vereren en zijn bescher ming konden afsmeken tegen de vele ge varen, die hen tijdens de thuisreis nog zouden bedreigen. Hiertoe hadden de Bartoenen tamelijk belangrijke sommen bijeengebracht, bestemd voor de inrich ting van een aan St.-Yves gewijde kapel in de nieuwe Arnemuidse St.-Maartenskerk. De inspectie door de vertrouwensmannen van de Bretonse hertogin, Jehan Ie He- dreu, procureur van de Bretonse natie en Bretaigne, wapenheraut van de hertogin, bracht aan het licht, dat de penningen van STATISTIEK VAN DEN WIJN- EN ZOUTAANVOER DER BRETONS TE ARNEMUIDEN, 1518—1550 PERIODE WIJN ZOUT 1518- 6-24 1525- 7-31 7024 vaten 2541 h. 2 kw. 1519- 6-24 1520- 6-23 9307 vaten 2465 h. 2 kw. 1520- 6-24 1521- 8- 1 8850 vaten 3877 h. 2 kw. 1524- 8- 11— 1525- 7-31 346 h. 1 kw. 1525- 8- 1 1526- 4-30 3020 vaten 889 h. 1 kw. 1526- 5- 1 1527- 4-30 5828 vaten 2814 h. 2 kw. 1527- 5- 1 1528- 2- 9 696 vaten 2124 h. 3 kw. 1528- 2-10 1529-10-31 1368 vaten 403 h. 1 kw. 1532-11- 1 1533-10-31 1595 vaten s) 3635 h. 3 kw. 1533-11- 1 1534-10-31 3446 vaten 4835 h. 2 kw. 1535-11- 1 1536-10-31 1925 vaten 420 h. 3£ kw. 1537-11- 1 1538- 7-31 225 vaten 1538- 8- 1 1539- 7-31 3012 h. 2 kw. 1539- 8- 1 1540- 7-31 1873 h. 2 kw. 1540- 8- 1 1541- 7-31 1782 h. 2 kw. 1547-11- 1 1548-10-31 358 h. 1549-11- 1 1550-10-31 1482 h. 2 kw. Honderd T\ Hanzelast 18J registerton. 2) Kwartier J honderd. 3) Vermoedelijk meer, daar ook onder ,,niet genoemd" wijn zal zijn begrepen. Statistiek (Zie hit literatuur Unger, 19291

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1974 | | pagina 23