de nadere reformatie, hoe nader en hoe ver?
de godsdienst in laten wij zeggen „com
munistische" geest, niet zien als de uitein
delijke konsekwentie van de geloofsbele
ving van een figuur als Willem Teelinck?
Terecht zagen wij op de tentoonstelling
een aparte afdeling aan De Labadie ge
wijd, zoals wij die ook gaarne aan Willem
Teelinck en zijn verwanten en aan bij
voorbeeld Udemans hadden gegund ge
zien hun invloed in de eerste helft van de
17e eeuw en later. Een invloed, die zich,
zoals gezegd, demonstreerde in de vele
herdrukken en de vertalingen van het
werk van o.a. Willem Teelinck. Het werk
(preken) van Smytegelt zal in de 18e eeuw
en later tot ons komen.
Jean de Labadie, katholiek van huis uit,
werd onder leiding van de Jezuïten tot
priester opgeleid. Hij deed dienst te Bor
deaux, Parijs en Amiens. Werd gerefor
meerd in 1650 na al eerder protestantse
trekken te hebben vertoond. Later predi
kant te Montauban, sinds 1659 te Genève.
Maakte grote opgang, maar riep spannin
gen op door autoritair optreden. Hij deed
zich kennen als een individualistisch aan
gelegd mysticus. In 1666 werd hij Waals
predikant te Middelburg tot grote vreugde
van de kring der Nadere Reformatie wier
geestesrichting hij nastond. Een conflict
met de Waalse Synode leidde er toe dat
hij na enkele jaren uit het ambt werd ont
zet. Hij verliet Zeeland en vertrok via Am
sterdam met gelijkgezinden naar Herford
en Altona. Het konventikel en sterker nog
het leven in een kleine, gesloten gemeen
schap, met het ideaal van de herboren,
vlekkeloze gemeente, ging ten koste van
de kerk.
Er is veel lelijks over hem verteld en zijn
beeltenis, in gravure, vertoont het gelaat
van een intelligent maar scherpslijperig
man. Het portret van De Lairesse, dat op
de tentoonstelling hing, een tekening naar
het leven, geeft hem een bepaalde zacht
moedigheid. De grote vraag die ons blijft
bezighouden is de uiteindelijke konse
kwentie van het streven der Nadere Refor
matie. Niet beperkt tot De Labadie dus.
Het nader van de Nadere Reformatie, de
doorgaande werking, moet die niet leiden
tot een niet meer thuisvoelen in grote of
grotere kerkgemeenschappen?
Tentoonstelling
Wij geloven dat voor een tentoonstelling
over de Nadere Reformatie in onze provin
cie zeker belangstelling zal bestaan. Bij
een eventuele expositie dient een ruime
plaats ingeruimd voor de 17e en 18e
eeuwse vertegenwoordigers. Met hun
werken alleen al zou een ruimte als bij
voorbeeld die van de Vleeshal gevuld kun
nen worden. Ruim baan zou gegeven
moeten worden aan de mannen van de
Afscheiding (met niet te vergeten een
man als Budding) en Doleantie. Maar aan
hen niet alleen. Er zijn tal van figuren ge
weest die een eigen plaats verdienen, de
dominees Van Dijke en Boone bijvoor
beeld. Al deze mensen die mede het gees
telijk klimaat in onze provincie hebben be
paald en nog bepalen.
Het zal niet bepaald een eenvoudig op te
zetten tentoonstelling worden en zij zal
zeker problemen oproepen. Wij geloven
wel dat het een boeiend geheel kan wor
den. Wat Utrecht verzuimde moet worden
ingehaald in Zeeland.
Wij zullen, om Van Ruler te citeren:
nooit de Nederlandse volksziel volledig
kunnen aanvoelen en verstaan, tenzij wij
er ons bewust van zijn, hoezeer zij door
trokken is van de ultra-gereformeerde
vraagstellingen. Men moet iets van de
Moderne Devotie [en Erasmus} weten,
iets van [Caivijnen de Nadere Reforma
tie, iets van de achttiende eeuwse piëti-
sche orthodoxie, om een Nederlander te
begrijpen.
Verantwoording:
W. J. Aalders: Groote Mystieken (Ruusbroec).
Baarn, 1913. Zie ook:'C. Wilkeshuis: Jan van Ruus
broec. Zeist-Antwerpen, 1964.
C. Bezemer: Jean de Labadie. Zeeuws Tijdschrift,
jrg. 14 (1964).
B. Breek: Zeeland, het land der Nadere Reformatie.
Zeeuws Tijdschrift, jrg. 4 (1953/1954).
T. Brienen: De prediking van de Nadere Reforma
tie. Een onderzoek naar het gebruik van de klassi-
ficatiemethode binnen de prediking van de Nadere
Reformatie. Amsterdam, 1974.
W. Goeters: Die Vorbereitung des Pietismus in der
Reformierten Kirche der Niederlande bis zur La-
badistischen Krisis 1670. Leipzig, 1911.
S. van der Linde in de Christelijke Encyclopedie (2e
druk) artikel over Koelman, De Labadie, Nadere
Reformatie, Teelinck.
Voor meer titels van Van der Linde over de Nadere
Reformatie zie het werk van Brienen, literatuurlijst
i.v.
S. van der Linde: Twee eeuwen protestantse ge
loofsbeleving in Vromen en Verlichten, bundel ten
toonstelling. Utrecht, 1974.
P. J. Meertens: Letterkundig leven in de zestiende
en de eerste helft der zeventiende eeuw. Am
sterdam, 1943.
A. A. van Ruler: Op het scherp van de snede.
Postuum gesprek met prof. dr. A. A. van Ruler.
Amsterdam, 1972.
Th. C. van Stockum: De middeleeuwse mystiek, in
Algemene Literatuurgeschiedenis, dl. II.
W. Teelinck: Noord-sterre, aen-wijsende de rechte
streke van de ware Godsalicheyt. Middelburg,
1621.
W. Teelinck: De practijkvan het Heilig Avondmaal,
1898. Uitgave Tractaatgenootschap Filippus.
W. Teelinck: De schending van het recht des
verbonds gewroken, 1902. Uigave Tractaatge
nootschap Filippus.
W. Teelinck: Sleutel der devotie, ons openende de
Deure des Hemels. Amsterdam, 1624.
W. Teelinck: Den spieghel der zedicheyt. Middel
burg, 1620.