zeeland monumentaal II 124 koele graf-ornamentiek. Die denkt ook aan Middelburg, Stavenisse en Aagte- kerke. Verhuist dus. Aan de zo weinig bekende tombes van Serooskerke, Sint- Maartensdijk, het Perponchermonu- mentje van Heinkenszand, de kerken van Burgh, Thoien en Kruiningen. Wie kent, anders dan van het plaatje, de prachtige graven uit Aardenburg's Sint- Baaf, wie de Wilgefortis-steen in de ge havende kerk van Wemeldinge, deze machtig interessante afbeelding van Sinte Ontcommernis, die men de heilige dame met de baard noemt? En wie kent er, nu het toch over graven gaat, de landmeter van Baarland in de geschon den maar nog kloeke kerk, in het hof waarvan men een soort pannekoek- huisjesgruwel wil laten doorgaan voor het „gerestaureerde" huys te Baarland. Vragen staat vrij. Wie kijkt nog om naar de apostelen van NisseWie bekijkt de Zocher-wallen van Middelburg als mo nument? Wie het aardkasteel Retran- chement? Kleine en grote monumenten, soms met een wat grimmige achtergrond. De Ares-kop in de toegangspoort van het fort Rammekens duidt niet op veel vrien delijkheid, maar het fort is er als monu ment niet minder om. „Een grootscheeps gezicht van de Italiaanse renaissance in Nederland" noemt Van Swigchem het. Vergeet de wallen van Hulst niet, het ravelijn van Uzendijke evenmin en - in dat stadje - vooral ook niet het wijde exercitieveld dat men stilaan de „markt" is gaan noemen. Over markten gesproken: de pompen van Sinte Anna, Sint-Maartensdijk, Goes, de abdijpomp van Middelburg. Kleine monumenten met een vaak uit gebreide geschiedenis. Het dorpspatroon van Borssele naar het ontwerp van Stevin, misschien wel een nationaal voorbeeldobject. Molens en vliedbergen. Monumenten. Wie zegt „nee" tegen de kern van Kloetinge?, tegen het opnieuw in restauratie komende Westhove bij Domburg, tegen al die vuur- en licht torens langs onze kusten? En wie zal er uiteindelijk „nee" zeggen tegen het op zich niet zo best ogende Toorop-kerkje aan de Veerse Kaai? Het is beter „ja" te zeggen ook tegen de niet zo bijzonder fraaie Muraltmuurtjes op de zeedijken, het „spannende" Bakema- stadhuis van Terneuzen, enkele versprei de hedendaagse behuizingen en - bij voorbeeld - de Zeelandbrug en de in richting van het Zeeuws Museum. Zeg dan maar „nee", en herhaal het vele malen, tegen de verloedering van het landschap, de zomerhuisjesverwording van Walcheren, de aantasting van (ook) de laatste goede dorpskernen (Bigge- kerke) en kom dan weer positief uit mid den in de stroom der goede zaken en houdt daar even stil bij het cisterciënzer kapelletje van het Hof te Zande. Dat kan onmogelijk een eindpunt zijn, want het aardige van reisjes als dit is dat het eind ervan zoek is. Zeeland monumentaal blijft immers een open zaak. O. Ingangspoort van het fort Rammekens bij Ritthem.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1975 | | pagina 36