vraagtekens op dun ijs 22 Middelburg om in organisaties en bestu ren te willen gaan zitten, en als dat zo is: moet de oorzaak daarvan dan wor den gezocht in de omstandigheden dat men zich a/s puntje bij paaltje komt toch niet zo buitengewoon sterk Zeeuws voelt? Of is Middelburg te ver - geogra fisch en/of mentaal? Of is inderdaad het centralistische denken in Middelburg zo sterk dat mensen van bijv. Schouwen- Duiveland daar minder kansen zouden krijgen om in besturen etc. door te drin gen.? Gesteld dan dat ze zouden willen? Die vragen stél ik alleen maar. Het zou, denk ik, goed zijn wanneer Zeeuwen zelf zich over die vragen zouden buigen, het kan een interessant beeld gaan opleveren van de structuur van de provincie. Van de ongeveer 325.000 inwoners van Zeeland wonen er krap 26.000 op Schouwen-Duive/and. Dat is 8%. Wie de onontbeerlijke Provinciale Alma nak voor Zeeland, 1975-1976, ter hand neemt en tot enig noest tel- en rekenwerk bereid is, komt tot een aantal nu en dan toch wel opmerkelijke gegevens. Van de zes leden van het college van ge deputeerde staten komt er één van Schouwen-Duive/and. Niets aan de hand dus. Van de 47 leden van Provinciale Sta ten zijn er vier afkomstig van Schouwen-Duive/and. Dat houdt niet over, maar werkelijk onder de maat van de getalsverhouding is het niet. Nu direct, omdat het beter past, dan maar o ver- zwaaien naar de oppervlakte-verhouding, lijkt niet eerlijk. Maar nu pak ik een paar provinciale orga nisaties bij de kop, en dan komt er toch hier en daar wel een wat ander beeld uit de bus. De Zeeuwse Waterschapsbond telt der tien leden in zijn bestuur. Twee hunner komen van Schouwen-Duive/and. De Zeeuwse Sportraad heeft een bestuur van tien leden. Er is er maar één bij van Schouwen-Duiveland. De Almanak meldt dat de Zeeuwse Vrou wenraad een bestuur van vier dames heeft; drie van Walcheren en een van Zuid-Beveland. Het bestuur van de Zeeuwse Jeugdraad telt zeven dames en heren. Niet één woont er op Schouwen-Duiveland. En van dezeven adviseurs van die raad maar ééntje. Het centraal bestuur van de Zeeuwse Volksuniversiteit telt vier leden en twee vacatures; van die vier zit er niet één op Schouwen-Duiveland. De zeven leden van de afdeling Zeeland van de Europese beweging in Nederland wonen allen buiten Schouwen- Duiveland. Het bestuur van de Kamer van Koophan del en Fabrieken voor Midden- en Noord-Zeeland telt acht leden. Nul van Schouwen-Duiveland. Van de Zeeuwse Culturele Raad, die veer tien leden telt, komen er drie van Schouwen-Duiveland. Vijftien leden telt het bestuur van de Pro vinciale Zeeuwse Vereniging voor Vreemdelingenverkeer; twee ervan ko men van Schouwen-Duiveland. Dit is het resultaat van een uurtje gras duinen in de Provinciale Almanak. Ik ver klaar plechtiglijk dat ik niet heb geselec teerd maar doodgewoon geprikt heb on der de belangrijkste provinciale organisa ties. Maar die cijfers kunnen niet tot enige conclusie leiden - gewoon bij gebrek aan kennis van achtergronden. Misschien heeft het allemaal niets te ma ken met de meerdere of mindere mate waarin 'men' op Schouwen-Duiveland zich én Zeeuws én bij Zeeland betrokken zou gevoelen. Misschien is het allemaal gebaseerd op de zuiver praktische over weging, gecombineerd met de over het algemeen nogal kleinschalige opvatting over afstanden die een Zeeuws kenmerk is (terug te voeren tot het insulaire tijd perk waarin het overbruggen van afstan den inderdaad zeer veel tijd kostte) dat je maar beter zo veel mogelijk bestuurderen van zo veel mogelijk verenigingen en or ganisaties en instellingen in een zo klein mogelijke kring rondom het bestuurlijke centrum der provincie kunt hebben. Misschien is het iets van dit alles en nog veel meer: het zou inderdaad denkbaar kunnen zijn dat veel Schouwen- Duivelanders mentaal wel degelijk Zeeuws zijn en Zeeuws voelen, maar er desondanks helemaal geen been in zien zich gaandeweg sterker op de Rotter damse regio te oriënteren. (Waarbij het merkwaardig is dat de contacten en, voor zo ver ik dat in de praktijk heb kunnen ervaren, de affiniteiten, tussen de men sen van Schouwen-Duiveland en de mensen van Goeree-Overflakkee, hele maal ultra-minimaal zijn. En daar helpen betere verbindingen niet eens aan Voordat de Brouwersdam werd aange legd kwam des zomers nu en dan de Harmonie van Ouddorp concerteren op het dorpsplein van Renesse. Het gezel schap voer dan met de boot naar Scha- rendijke. Het heeft me altijd gefrappeerd dat de Ouddorpers door de Renessena- ren, die toch waarachtig al heel lang niet meer in een isolement leven, werden be keken met een mengeling van argwaan en ironie. Nu de Brouwersdam er ligt en de afstand desnoods te voet te overbrug gen zou zijn voor een flinke tippelaar, is zelfs dat contact er niet meer....) Misschien zijn er wel redenen en oorza ken die ik, een maar aangespoelde op Schouwen-Duiveland, een allochtoon, en dan nog eentje die niet graag zou doen wat blijkens De Kok, gelijk boven aange haald, sommigen van die aangespoelden dan doen of pogen te doen, totaal niet kan waarnemen, navoelen, begrijpen. Wantik word niet gehinderd door kennis van ach tergronden en historische samenhangen. Daarom heb ik hier alleen maar opge schreven wat ik kon zien, tellen, noteren na gesprekken, lezen, opmerken aan ge dragingen. Geen conclusie. En heeft dat nou eigenlijk énige zin Is het niet een bar en boos kleinschalig geprie gel? Nu ja, ten dele zeker. Aan de andere kant: ik zat nog met die opmerking van Verburg: „Nu je al zo'n tijd in Zeeland woont..." en de vraag die daarna bij me oprees: Woon ik eigenlijk wel in Zeeland?" Het antwoord is natuurlijk: „Ja.Maar ik geloof dat ik een beetje heb kunnen aan tonen dat het antwoord toch voor veel autochtonen minder overtuigend, minder onbekommerd 'ja' is dan algemeen pleegt te worden aangenomen. Oorzaken opsporen is moeilijker en eist meer feitenmateriaal, achtergrondstudie en meer discussie dan een paar conclu sies trekken. Ik hoop dat dit stuk maar een eerste aanzet is. En dat anderen zich erin willen gaan verdiepen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1976 | | pagina 22