ZEEUWS TIJDSCHRIFT
KIJKEN OM TE LEREN ZIEN
-
Zeeuwse tentoonstellingen 1870-19!3
De wereldtentoonstellingen, die in
1851 te Londen begonnen zijn, worden
beschouwd als een typische uiting
van het optimisme, dat in de vorige
eeuw gold ten aanzien van de vooruit
gang in de wereld. Toch lag aan die
eerste tentoonstelling nog de bedoe
ling van instrument van de wereld
vrede ten grondslag. Hoewel het be
lang van de tentoonstellingen vooral
gezocht werd op het gebied van de
internationale handelsbetrekkingen
en het propageren van eigen tech
nische vooruitgang, mag hun invloed
op het culturele vlak niet worden on
derschat. Invloed op de architectuur
omdat de paviljoens beschouwd wer
den als prestige objecten. Ook op
ander gebied. Op de tentoonstelling
van 1867 te Parijs maakte men voor
het eerst kennis met Japanse kunst,
een kennismaking die verstrekkende
gevolgen kreeg voor het werk der im
pressionisten.
De tentoonstelling van 1900 te Parijs spant
in de reeks van exposities de kroon. Voor
al het tijdstip is van belang als top van de
vooruitgang in de 19e eeuw, maar belang
rijker is het ongeschokt vertrouwen in de
voortzetting daarvan in de twintigste
eeuw. De accenten lagen anders dan in
1851, men kwam in 1900 om zaken te
doen, al waren er voldoende pleziertjes af
gezien nog van de geneugten in de Chat
Noir en Quat'z Arts hoewel de fleur daar al
wat van af was. Maar Aristide Bruant
maakte nog zijn levensliedjes en Yvette
Guilbert zong ze nog, al kon zij wegens
ziekte de tentoonstelling slechts in een
rolwagentje bezoeken. Aristide Bruant en
Yvette Guilbert komen wij in 1895 in Mid
delburg tegen, maar dan lopen wij op de
geschiedenis vooruit.
Het zou overdreven zijn de Zeeuwse ten
toonstellingen die van 1870 tot 1913 te
Middelburg zijn gehoudente vergelijken
met manifestaties a/s de wereldtentoon
stellingen. Maar het lag in de geest van de
tijd om kennen en kunnen in verleden en
heden naar buiten te brengen. Dat Mid
delburg daarin een belangrijke rol speelt is
te danken aan de instellingen die zich met
tentoonstellingen bezig houden: het
Zeeuwsch Genootschap der Wetenschap
penhet Kunstmuseumde Vereeniging
Uit het volk - voor het volk, Vreemdelin
genverkeer om er een aantal te noemen.
Uit het volk - voor het volk organiseert ook
tentoonstellingen van Kunst en Nijverheid
met wedstrijden voor de handswerkman.
De bedoeling van deze bijdrage is tweeër
lei: in de eerste plaats is er in het tijds
bestek 1870-1913 een grote verscheiden
heid aan tentoonstellingen en vervolgens:
er zijn er bij van een kwaliteit die ons tot
bescheidenheid dwingt als wij letten op de
exposities die tegenwoordig worden ge
houden. Aan de ene kant is het de nadruk
leggen op de gedenktekens" uit het ver
leden, aan de andere kant zijn er figuren
die aandacht willen besteden aan de
eigentijdse kunst. Vervolgens mag het
wijzen op de verworvenheden van de
techniek ook een belangrijke factor wor
den genoemd. Het zou een te saai verhaal
worden als wij een chronologische op
somming gaven van de gehouden ten
toonstellingen. Misschien kunnen de ex
posities, althans voor een deel, beter be
naderd worden gegroepeerd om enkele
van de tentoongestelde voorwerpen.
Bedevaart
In het archief van het Zeeuwsch Genoot
schap der Wetenschappen van 1923 lezen
wij dat door de gemeenteraad van Sint-
Maartensdijk een drietal voorwerpen van
het Sint-Jacobsgilde aan de Commissaris
der Koningin ter beschikking werd gesteld
„om die te plaatsen waar Z.H.E.G. zou
vermeenen, dat zij behoorden". Ondanks
sterke aandrang van buiten bood de com
missaris deze stukken aan het genoot
schap in bewaring aan. Door de aanvaar
ding van het aanbod zijn de twee zilveren
bekers met bijbehorende lepel thans aan
wezig in het Zeeuws Museum.
De grootste zilveren beker die 28 cm hoog
is met een diameter van 10 cm, heeft als
knop van het deksel een zilveren beeldje
dat een pelgrim voorstelt. Het is een ge
dreven beker met een fraaie gravure en
versierd met mascarons (maskers) en der
gelijke. Een gegraveerd verguld lint draagt
als opschrift: Hi tres fuerunt Compostelle
Beker van het Sint-Jacobsgilde te Sint-Maartens
dijk. Zeeuws Museum Middelburg. Uitvoerig be
schreven in de catalogi van 1906 en 1913. Breda's
zilver.
M. P. de Bruin