INTEGRAAL EN/OF FUNKTIONEEL A J' Ka'and BESTUUR, EEN AFWEGING van zeeland Hdgedeputeerde staten Hetfunktionele bestuur iseen zeer wezen lijkonderdeel van de structuur, die de overheid ten dienste staat om haar func tie in de samenleving uit te oefenen. De kenmerken van deze bestuursvorm zijn: sterke taakgerichtheid, relatief grote deskundigheid, flexibiliteit, efficiency en effectiviteit. Voor problemen, die in kwali tatieve zin grote inzet en bestuurskracht vereisen, kan functioneel bestuur de aan gewezen weg zijn. De democratische controle op het funk- tioneel bestuur kan tot zijn recht komen. Op het laagste bestuursniveau kan funk- tioneel bestuur een mogelijkheid vormen om meer burgers bij het bestuur te be trekken en derhalve de spreiding van macht te effectueren. Alvorens te gaan discussieren over inte graal of fuktioneel bestuur, lijkt mij goed eerst de vraag te beantwoorden waartoe het bestuur geroepen is. In onze tijd is er onder allerlei omstandigheden en in ve lerlei situaties de intrigerende vraag aan de orde: Wat is de doelstelling van het bestuur. Als wij hierop een antwoord ge ven, dan gebeurt dat onder de vooron derstelling dat de overheid een taak heeft in de samenleving en daarvoor het insti tuut van 'besturen' hanteert. Er is uitgebreid te discussiëren over de vraag welke de overheidstaak is en in hoeverre men als burger 'bestuurd' dient te worden. We laten dat nu buiten beschouwing. Zowel integraal als functioneel bestuur heeft een doelstelling. Die doelstelling wisselt met de tijden, althans omvat steeds meer. Met name komt dat tot uit drukking bij het integrale bestuur. Het gaat niet meer alleen om 'de Admini stratie', ordescheppen en gezag handha ven. Er is een overheidstaak ontstaan die ge richt is op dienstverlening aan de burger èn die probeert een greep te krijgen op allerlei maatschappelijk gebeuren. Ook hier zou lang te discussiëren zijn over de vraag of de burger zowel individueel als verenigd in particulier initiatief altijd wel zo gelukkig is met het sturen, het be stuur, 'het pogen greep te krijgen op' van de overheid. Gerede twijfel is zeer wel denkbaar. Ik zou willen stellen dat besturen heden ten dage is, het scheppen van een situatie in een samenleving, waarbij evenwicht gevonden wordt tussen de collectieve en individuele belangen van de burgers. Onmiddelijk volgt de vraag: hoe bereik je dat? Wat zijn de middelen om je doelstel ling te verwezenlijken? In het algemeen is het antwoord door het creëren van bestuursleden, bekleed met macht, dat wil zeggen de bevoegdheid om beslissingente nemen, die de burgers binden. Deze bestuurseenheden kunnen dan voorkomen uit particuliere initiatieven, sectoraal, dus functioneel gericht, ofwel overheidsinitiatieven. Ten aanzien van particuliere initiatieven noem ik onder andere de sector Volksge zondheid en Kinderbescherming, maar ook de woningbouwcorporatie. Steu nend op de wet dan wel later binnen de wet gekanaliseerd hebben we hier op ve lerlei terrein functioneel bestuur waar voortreffelijke resultaten mee bereikt zijn en waarbij tallozen zich hebben ingezet, vaak belangeloos, zowel vanuit het dia conaat als vanuit de vakbeweging. Maar ook individuele burgers zonder 'achter ban' zetten zich vaak volledig in. Ook nu is er- in velerlei vorm gebied in allerlei wetten, een functioneel bestuur van grote omvang. Ik noem dat een verrij king van ons bestel en een gelukkige spreiding van macht waardoor vele bur gers meedoen en verantwoordelijkheid dragen. Toch is het functionele bestuur vandaag onderhevig aan kritiek en lijkt het inte grale bestuur het één en het al. Maar is dat wel zo? Ik stel voorop dat de meest democrati sche bestuursvorm de volksvergadering is. Daarvan afgeleid hebben wij de represen tatieve democratie, gekozen mensen, die het vertrouwen van de bevolking hebben, althans menen dat te hebben. Hier begint onze problematiek. Het is praktisch niette verwezenlijken om voor een gebied als het land, de provincie of de gemeente te volstaan met één be stuurslichaam, waar alle zaken aan de orde komen. Alle zaken dus die meespre ken in dat zoeken naar evenwicht tussen collectieve en individuele belangen van de burgers. Wij hebben gekozen voor het systeem van de decentralisatie enerzijds be paalde belangen worden aan lagere li chamen overgelaten - en functioneel be stuur anderzijds. In zoverre is er bestuur lijk gezien al een concessie gedaan in de eenheid van het beleid en worden er pro blemen opgeroepen ten aanzien van het beleid van hogere en lagere bestuur seenheden. Het functionele bestuur begint al op rijks niveau: Nederlandse Spoorwegen, D.S.M. (staatsmijn), Post Telegraaf Tele foon zij het dat dit dan nog een 'dienst' is, maar ook nu Nehem - Noordelijke Ont- wikkelings Maatschappij. Specifieke taken worden opgedragen aan speciale organen. Ook op provinciaal ni veau zien we hetzelfde verschijnsel: van oudsher electriciteitsproductie, soms ook distributie, in meerdere of mindere mate gasvoorziening, watervoorziening al dan niet in samenwerking met gemeenten. Maar ook recreatieschappen, industrie schappen en sinds enige tijd ook haven schappen worden gecreëerd, een taak en bevoegdheden toegekend die altijd sec toraal en regionaal begrensd zijn. Vaak werken de twee bestuurslagen samen, provincie, gemeenten, soms ook de drie; Rijk, Provincie en Gemeenten, zodat de verticale integratie van het overheidsbe leid, maximaal tot uitdrukking worden gebracht. Hoewel in beginsel in onze ge decentraliseerde bestuursvorm integraal bestuur primair is, constateer ik op alle niveau's functioneel, sectoraal bestuur. Vooral met het oog op de effectiviteit van het bestuur zijn er lichamen in het leven geroepen met een speciale taak, de func tionele bestuursvormen. Voorbeelden: een overbekend voor beeld: Tennesse Valley Authority; ik noemde al: havenschappen; maar ook: Noordelijke Ontwikkelings Maatschappij en Nehem. En op geheel ander terrein: Gemeenschappelijke regeling muziek school. De vraag is nu in welke gevallen is het raadzaam af te wijken van de algemene - integrale - bestuursvorm? Bij de keuze van een bestuursvorm gaat het in wezen om de accenten die de voor rang moeten krijgen. Steeds is er een spanning tussen kwaliteit van het bestuur en verwezenlijking van het democratisch ideaal. Slagvaardigheid, efficiency, bereik, wer kingssfeer en vrijheid van handelen zijn elementen die de kwaliteit van het be stuur verhogen. De democratische pro cedures zijn in beginsel remmende en corrigerende factoren en hoewel de waarde van deze maatstaven overigens onbetwist is, dient men toch deze waar den niet te overtrekken in die zin dat door devolksvertegenwoordiging zoveel meer greep op bijvoorbeeld P.T.T. dan N.S. zou zijn.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1976 | | pagina 51