universiteit en bestuur een interdisciplinaire notitie
101
of de daaruit resulterende verkeerscon-
sequenties, de aantasting van het land
schap, de verzwakking van de kracht van
de stedelijke centra en de daling van het
voorzieningpeil voor de niet-autobezitter
wel voldoende door de voordelen van
deze winkelcentra 'auf der grünen Wiese'
worden gecompenseerd. Dus of de mo-
nodisciplinaire benadering niet langza
merhand vervangen moet worden door
een multidiscilpinaire benadering waar
in, al dan niet gekwantificeerd, met alle
effecten op andere gebieden rekening
wordt gehouden.
De vraag rijst wat in het licht van deze zich
onmiskenbaar doorzettende maatschap
pelijke ontwikkelingen de taak van de we
tenschap is. Een eerste taak springt uit
het voorgaande al direct naar voren, n.l.
het pogen om alle effecten die een be
paalde maatregel of een bepaalde ont
wikkeling heeft, te kwantificeren en zo
mogelijk op één noemer te brengen.
Daardoor wordt het immers mogelijk een
steeds groter aantal effecten samen te
nemen en kosten en opbrengsten daar
van wat hun onderlinge grootte betreft, te
vergelijken. Deze pogingen worden aan
gewend in het kader van de zgn. kosten-
batenanalyse. Dit is een systematische en
zoveel als mogelijk gekwantificeerde op
stelling van maatschappelijke offers en
maatschappelijke baten die met de uit
voering van een bepaald project, resp.
met een bepaalde ontwikkeling, gepaard
gaan.
De vorige spreker, die ik overigens zeer
hoog acht, vroeg zich in een van zijn stel
lingen af of technieken als de kosten-
batenanalyse niet snel aan veroudering
onderhevig zijn. Het antwoord op deze
vraag moet mijns inziens ontkennend
luiden. Een systematisch afwegen van
voor- en nadelen van een bepaalde han
deling dient aan ieder bewust handelen,
van het individu zowel als van groeperin
gen van individuen, vooraf te gaan. Wat
verouderen kan is de in de analyse toe
gepaste techniek, doch niet het principe
van de afweging, die zelfs fundamenteel
tot de taak van iedere bestuurder be
hoort.
Trachten we op deze wijze, ten dele ons
baserend op positieve kennis, ten dele
min of meer op gevoel, projecten te
beoordelen door de voor- en nadelen op
een rijtje te zetten en zoveel als mogelijk
te kwantificeren, dan zijn we in feite bezig
met het bestuderen van relaties tussen
verschillende aspecten en dus tussen
disciplines. We bezien de invloed van
spanningen op de arbeidsmarkt op het
ziekteverzuim, de invloed van bepaalde
wegconstructies op de aard van de ver
keersongevallen, de invloed van betere
medicijnen tegen maagdaandoeningen
op het aantal produktieve dagen van de
patiënt, de invloed van het toenemend
luchtverkeer op het functioneren van de
gehoororganen van de omwonenden
van het vliegveld, de invloed van ploege-
narbeid op het aantal echtscheidingen,
de invloed van de recreatie op de kwali
teit van het water in de Friese meren, enz.
enz. Onnodig te zeggen dat dit een uit
zonderlijk belangrijke bezigheid is die er
al reeds in aanzienlijke mate toe leidt dat
wetenschappelijke onderzoekers op ver
schillende terreinen elkander moeten
vinden en ook reeds gevonden hebben.
De samenwerking tussen disciplines
wordt op deze wijze a.h.w. afgedwongen.
De onderzoeker geschoold in één disci
pline kan dit soort werk en dus ook zijn
eigen werk niet meer goed doen zonder
samenwerking met onderzoekers uit een
of meerdere andere disciplines, waarvan
de aard uit het bestudeerde probleem
volgt. De econoom kan zich niet meer
veroorloven alléén econoom te zijn, de
socioloog schiet tekort als hij alléén so
cioloog is en de technicus vindt in zijn
technische kennis onvoldoende houvast
om zijn projecten, hoe vernuftig ook ge
zien vanuit de technische gezichtshoek,
maatschappelijk aanvaardbaar te maken.
Hetzelfde geldt voor beoefenaren der an
dere disciplines.
Toch is een dergelijke benadering, hoe
verruimend zij ook moge werken, slechts
een eerste stap op de weg naar een inter
disciplinaire aanpak van de problema
tiek. Kenmerk van de benadering, zoals in
het kader van de kosten-batenanalyse
omschreven, is immers dat de invloed
van een bepaald project op de situatie op
een ander terrein dan dat waarop het pro
ject traditioneel ligt, wordt geanalyseerd.
Evenwel, dit is slechts een deel van het
analytisch kader waarbinnen het pro
bleem in feite zou dienen te worden aan
gevat. Een voorbeeld moge dit verduide
lijken. Stel, in een bepaald gebied vindt
een sterke industriële ontwikkeling
plaats. Bij een kosten-batenanalyse be
treffende een groot nieuw project, dat in
dat al reeds industrieel, expanderende
gebied wordt overwogen, wordt volgens
de hiervoor aangeduide regels o.m. re
kening gehouden met de invloed die dit
nieuwe grote project op de kwaliteit van
het milieu in die regio heeft. Met name
zullen hierbij de meerdere lucht- en wa
terverontreiniging worden onderzocht.
Zou op grond van de na deze analyse
beschikbaar komende informatie alléén
worden besloten het project te doen
doorgaan, dan is dit besluit gebaseerd op
een onvolledige analyse.
Uit onderzoekingen in het Roergebied en
het Rijnmondgebied is komen vast te
staan, dat de gevoeligheid voor het mi
lieu onder vele lagen van de bevolking
zodanig is gestegen dat een tekortschie
tende milieukwaliteit een duidelijke re
den kan zijn voor een emigratie uit resp.
verminderde immigratie naar industrie
gebieden. Betreft deze migratie in eerste
instantie b.v. personen van een bepaalde
hogere scholingsgraad, dan wordt hier
door de structuur van de arbeidsmarkt
beïnvloed en daarmee weer de vesti
gingsvoorwaarden van de industrie zelf.
In het Roergebied is mede hierdoor de
noodzaak ontstaan tot de import van
grote aantallen gastarbeiders in sterke
mate werkzaam in de metaalnijverheid.
De daarmee gepaard gaande sociale
problemen zijn uiteraard bekend. Het zijn
mensen met een andere culturele achter
grond en met een ander gedragspatroon
welke eigenschappen gemakkelijk tot
vorming van ghetto's en andere segrega
tieverschijnselen kunnen leiden.
Men zou nog lang kunnen doorgaan met
het verlengen van deze keten van oorzaak
en gevolg waarin bovendien nog tal van
dwarsverbindingen voorkomen. Een ge
deeltelijke presentatie van het probleem
moge echter reeds voldoende duidelijk
maken dat hier een zeer groot aantal in
terrelaties tussen verschillende deelge
bieden van wetenschap bestaan. Deze
maken het duidelijk dat in een kosten-
batenanalyse niet kan worden volstaan
met het bestuderen en evalueren van di
recte effecten, ontstaan als gevolg van de
uitvoering van een bepaald project, doch
wel degelijk ook indirecte effecten die via
meerdere disciplines kunnen lopen, die
men circulaire effecten zou kunnen noe
men, voor zover als redelijkerwijs moge
lijk is, dienen te worden bestudeerd en
geëvalueerd.
Doen we deze stap, dan zijn we inderdaad
aangeland op het terrein van een inter
disciplinaire aanpak van het probleem.
De disciplines worden dan immers als
een systeem van onderlina intensief sa-