de voortgang van een onderzoek
13
een ereschuld heeft in te lossen. Het on
derzoek zal natuurlijk wel gewoon door
gaan, maar en om dit „maar" gaat het
nu juist het moet de kansen en de outil
lage krijgen die het verdient.
Niemand laat een kapitaal renteloos lig
gen. Het zou zonde zijn een kostbaar
project het WZD op z'n Zeeuws ge
zegd „zomaar te laten verinteresten". Na
tuurlijk gebeurt dat niet. Ik vraag me
slechts af of niet de gevaarlijke kans be
staat dat het WZD gewoon te vroegtijdig
de eerste tekenen van vergrijzing zou kun
nen gaan vertonen als het dialectonder
zoek geen nieuwe krachtige impulsen
krijgt. Ik kom op deze wat onzalige ge
dachte als ik het WZD-project (het hele
dialectonderzoek) nü, in de tweede helft
der zeventigerjaren, vergelijk met enkele
enigszins vergelijkbare projecten buiten
de provincie; tevens denk ik aan de nood
zaak (voor het dialectonderzoek) binnen
de provincie „bij de tijd" te kunnen zijn,
veranderingen in de dialecten op een ver
antwoorde wijze te kunnen registreren.
2. 7. Een vroege vogel
Binnen het Nederlandse taalgebied is het
WZD een tamelijk vroege vogel onder de
grote gewestelijke woordenboeken. Het
woord grote verdient enige nadruk. Voor
namelijk veel plaatselijke en ook meestal
beduidend kleinere verzamelingen en idio
tica zijn van oudere datum; vooral in Bel
gië verschenen nogal wat regionale woor
denboeken.
Vroegtijdige initiatieven kunnen behalve
een voordelige ook een nadelige kant heb
ben. Wie al vroeg begint met de aanleg