jan jacob lodewijk luti en de waalse gemeente te middelburg 16 en triest, maar niet sombermakend. Alles getuigde van de plaats die hij in zijn ieven had ingenomen. Hij behoorde tot hen, die God bemind hebben en zich evenzeer in gesteld hebben op de waarachtige mense lijkheid. 28 December 1901 kwam een einde aan dit werkzame leven. Ook in Middelburg wekte zijn heengaan bij velen een diepe ontroering op. De Middelburgsche Cou rant wijdde er aandacht aan. Ditmaal niet, zoals gewoonlijk, onder kerknieuws, maar op de voorpagina. Dinsdag 2 januari 1902 werd zijn stoffelijk overschot op de algemene begraafplaats Crooswijk ter aarde besteld. Vele vrienden uit het kerkelijke leven waren daar bijeen om hem de laatste eer te bewijzen. De baar was met vele kransen bedekt. Toe spraken werden gehouden door de heren Bresson voor de waalse kerken en Haspels namens de synode van de nederlandse hervormde kerk. De zoon van de overle dene sprak een woord van dank voor de laatste eer aan zijn geliefde vader bewe zen. Gelukkig zij die sterven in de Heer", schreef Chavannes, ,,Zij rusten van hun arbeid en hun werken volgen hen. Portret op 66-jarige leeftijd In zijn uiterlijk had hij niets briljants. Een hoge taille, kort en dik en een breed gezicht gaven zijn figuur weinig sierlijk heid. Bekijkt men het portret nogmaals, na bovenstaande beschrijving vergeten te hebben, wordt men dan niet getroffen door de blik die er uit spreekt en welke de foto slechts onvoldoende kon weergeven? Bewonder die helderheid, die vastbera denheid en diepzinnigheid, gepaard aan de bijna volmaakte vriendelijkheid. Dan gaat men de man zien, die èn een nauw gezette en bekwame bestuurder èn ter- zelfdertijd een invloedrijke leider was, naar wiens woord immer werd geluisterd. Hij sprak niet zonder noodzaak, maar wat hij zei was juist en scherpzinnig. Wanneer men hem niet altijd kon volgen, bracht hij, zonder er ooit enige scherpte in te leggen, weer doorzicht in het debat. Ook bezat hij de gave de jeugd te begrij pen. Zijn leerlingen zeiden van hem:On ze leermeester is een man die ziet, die lui stert, die begrijpt en a/s het nodig is, zonder enige hatelijkheid, maar met veel doorzicht laat blijken dat hij begrijpt. Nogmaals de waalse gemeente Nam zoals in de aanvang gesteld werd de waalse gemeente in het godsdien stig leven van Middelburg een voorname plaats in, zo hebben ook beide middel- burgse predikanten binnen het verband van de waalse gemeenten in het geheel, in de tweede helft van de negentiende eeuw een voorname rol gespeeld. De predikant Jean Henri Gerlach was van 1864 tot en met 1872 lid van de Commissie tot de za ken der waalse kerken in Nederland, in 1864 vice-president, in 1865 secretaris. In 1868, 1869 en 1872 werden de werkzaam heden door zijn secundus J. J. L. Luti waargenomen. In 1875 wederom lid en van 1880 tot en met 1882 en van 1887 tot en met 1889 president. Luti was van 1873 tot en met 1897 secretaris. Van 1880 tot en met 1882 was de invloed van de mid- delburgse predikanten in deze commissie dus wel uiterst groot. Maart 1890 nam de heer J. H. Gerlach af scheid van de waalse gemeente te Middel burg met een prediking naar aanleiding van Matth.28:16 en 17: ,,Mais les onze disciples s'en allèrent en Galilée, sur la montagne oü Jésus leur avaint ordonnè d'aller. Et quand ils Ie virend, i/s l'adorè- rent, même ceux qui avaient douté. In de ontstane vacature werd voorzien. Nog hetzelfde jaar werd een toezegging van beroep uitgebracht op de heer P. Nel son Itié, predikant te Lacépède, Lot-et- Garonne. 18 December 1890 werd deze, na gehouden Colloquium doctum, door de Commissie tot de zaken der waalse kerken in Nederland tot de evangeliebe diening in de nederlandse hervormde kerk toegelaten. In de ochtend-godsdienst oefening van zondag 22 februari 1891 had de bevestiging plaats door de heer Luti uit Rotterdam. Deze sprak naar aanleiding van Hand. 13 15 2e gedeelte: Hommes frères, si vous avez quelque exhoration a faire au peuple, faites-la." Onmiddellijk daarop hield de heer Itié zijn intre-redeJ). In 1894 werd aan de heer Nelson Itié door het gemeentebestuur van Middelburg ver gunning verleend om aan kinderen boven de lagere schoolleeftijd onderwijs te geven ,,in de uitspraak en de spreektoon der fransche taa/"k)Van deze lessen werd een dankbaar gebruik gemaakt. Niet al leen door hen die tot de waalse gemeente behoorden. Ook ouders van hervormde huize, die vonden dat enige kennis van de godsdienst bij de „educatie" van hun kin deren behoorde, maakten er dankbaar ge bruik van. Och ja, twee vliegen in één klap: een beetje godsdienst en gratis fran se conversatieles. Op 1 maart 1904 ging de heer Nelson Ité met emeritaat en vestigde zich wederom in Frankrijk. Vermoedelijk aldaar in 1941 of 1942 overleden, daar hij in 1941 voor het laatst op de lijst van emeriti voorkomt'). Kanttekeningen a) De samenstelling van de grote kerkeraad van de waalse gemeente was: de predi kant Jean Henri Gerlach; de ouderlingen Dr. Hendrik Ripping, Willem Michaël Engelberts, Dr. Adriaan Abraham Fokker, Pieter Dumon Tak, Hendrik Paulus Abra hams, en Rudolphus Cornelis Engelberts; de diakenen Mr. Gerhardus Nicolaas de Stoppelaar, Pieter Frederik Jan van Burg, Mr. Jacob van der Graft, Jhr. Mr. Johan Willem Meinard Schorer, C. ten Brumme- ler en Johannes Adriaan Tak. b) Het woonhuis van het echtpaar Luti was het nog bestaande pand „De blauwe fontein". c) De Algemene synodale commissie was reglementair als volgt samengesteld: de praeses, vice-praeses en scriba van de synode, benevens drie predikanten en drie ouderlingen. Met uitzondering van de secretaris, die een adviserende stem had, hadden alle leden een concluderen de stem. In de regel kwam men twee keer per jaar bijeen, n.l. in voor- en najaar.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1977 | | pagina 16