morfologie van de rolsteen 4 Hoeveelheden De hoeveelheden rolsteen op de bodem van de zeeën zijn niet gering. In onze om geving bevinden zich in de Noordzee grote afzettingen van keien en grind en ook het Engels Kanaal, eens de landver binding tussen Engeland en Frankrijk, her bergt zeer veel uitgespoeld materiaal, dat voor een deel weer op de stranden wordt afgezet. Transport van het land naar die per water komt trouwens ook voor, even als verplaatsing van stenen langs de kus ten; in genoemd kanaal vooral in de rich ting west-oost en langs de oostkust van Engeland en Schotland van noord naar zuid. Hindernissen in de vorm van landtongen, kapen, neuzen of hoofden vormen daarbij geen onoverkomelijk bezwaar. De verplaatsing en dus het rollen van de stenen op het strand kent een bepaalde wetmatigheid; een gevolg van het feit dat de golven het strand meestal onder een bepaalde hoek naderen. De bewegingen van het water hebben ook een sorterend effect en zo vinden we op het reguliere steenstrand steeds de indeling groot, mid del en klein, waarbij de onderste en klein ste stenen aan de grootste waterbewe ging zijn blootgesteld en de grootste bo ven de brandingszone liggen. Bij zware stormen kan zo'n situatie zich uiteraard wijzigen. Bij het beroemde steenstrand Chesil Beach, aan de Engelse zuidkust, 28 km lang, tientallen meters breed, meters dik en ooit beschreven als ,,the most exten sive and most extraordinary accumulation of shingle in the world" neemt de grootte van de stenen ook van west naar oost toe. Negentiende van de letterlijk ontelbare rolstenen ter plaatse bestaat uit (fossiele) vuursteen, vermoedelijk afkomstig van geweldige, door de zee afgebroken kalk formaties waarvan de nog aanwezige krijt- klifkusten (tussen Seaton en Sidmouth) het restant vormen. De rest van de peb bles, die tesamen een landrug vormen tussen het vasteland en het voormalige eiland Portland is kalksteen en chert (een variant van vuursteen), jaspis vanuit het Door stromend water afgeronde blokken River Dart, Devon).

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1977 | | pagina 4