jacob cats 1577-1977
98
sprekend schilderij wordt genoemd zoals
de schilderij een zwijgende poëzie kan
worden genoemd. Van de Venne heeft
zich zo in de gedachtenwereld van Cats
ingeleefd, dat om met Meertens te spre
ken door ,,zijn tekeningen de gedachten
van de dichter als het ware voor de twee
de maal gestalte hebben gekregen.En
even verder: ,,AI was deze kunstenaar
dan niet, als Cats, een Zeeuw van ge
boorte, hij deelt met hem de voorliefde, de
overgave aan de wereld van het kleine, de
mikrokosmos waarin Gods grote schep
pingswerken zich getrouw reflecteren.
Van de Venne is niet als dichter blijven
voortleven, wel als schilder en vooral als
tekenaar.
Embleem
De emblemata-literatuur stamt evenals de
arkadia-letterkunde uit Italië. Alciati
schiep met zijn in 1551 posthuum versche
nen bundel Emblemata" een literatuur
genre dat zich tot diep in de achttiende
eeuw handhaafde. Cats is met zijn Sinne-
en Minnebeelden van 1618 de eerste Ne
derlander geweest, die aan het embleem
een wetenschappelijke inhoud heeft ge
geven. Huiselijk zou men kunnen zeggen
dat emblemen praatjes bij plaatjes zijn of
zinnebeeldige prenten waaraan een ver
klaring in verzen is toegevoegd. Het is
Cats ten voeten uit dat hij er in is geslaagd
de emblemata-literatuur te verenigen met
de liefdes-lyriek. Meertens: ,,Het tekent
Cats, die een praktisch man was, en die
daarom voor het onderwerp dat meer dan
enig ander de belangstelling van de massa
weet te wekken, de liefde, de vorm zocht
die destijds in de mode was, terwijl hij
door de gelukkige vereniging van twee
kunsten, de teken- en dichtkunst, een
dubbele kans maakte om populair te wor
den.
Het merkwaardige van de Sinne- en Min
nebeelden is dat de volksdichter Cats aan
het werk een Latijnse voorrede laat voor
afgaan, terwijl de onderschriften alle in
het Latijn zijn gesteld. De Nederlandse
tekst bevat tevens een Latijnse vertaling.
Het is wel zo dat Latijn in die tijd meer
gelezen en geschreven werd dan tegen
woordig maar algemeen gangbaar was de
taal zeker niet. Ook uit andere werken kan
men constateren dat Cats zijn zucht naar
geleerdheid in al zijn boeken heeft uitge
leefd, terwijl hij wist dat van sommige van
zijn werken het volk maar de helft kon be
grijpen. Cats moet zich bewust zijn ge
weest gaandeweg dat hij talent had
het volk aan te spreken, want in zijn derde
boek Zelfstrijt van 1620 vinden we het
Latijn alleen in de marges.
Beschaving
Wie de embleemboeken van Cats aan
dachtig bekijkt en de gedichten in zich op
neemt, krijgt een goed inzicht in de be
schaving van de 17e eeuw. Talrijke beel
den uit het dagelijks leven verhelderen
onze blik op interieurs, straattaferelen,
dorpsleven en niet te vergeten de kleding.
Van de Venne toont zich hierin een groot
tekenaar. Cats geeft dikwijls in kernach
tige taal uitspraken die nog steeds aan
spreken, waarbij hij platte taal, althans in
onze begrippen, niet schuwt. We hebben
al gewezen op het feit dat emblemen ook
voor de kunstgeschiedenis van belang
zijn, de „Utrechtse" school van kunst
historici maakt er een dankbaar gebruik
van.
Pensionaris
Wij vatten de draad op van zijn levensge
schiedenis met weer een citaat van Hui-
zinga. Misschien is het veiliger en bil
lijker, Cats' gebreken a/s dichter geba
seerd te achten in zijn aanleg tot wereld-
schen voorspoed en succes.Tijdens zijn
Dordtse periode wordt hij waarnemend
raadspensionaris van Holland (1629). In
Sy is soo rijck, ons lieve Trijn
Dat sy ook schoone schijnt te sijn,
Ha er geit dat heeft soo grooten kracht
Dat niemant op ha er fey/en acht
(uit: Spiegel van den ouden enden nieuwen Tijdt, ed 1 632)
*0"i Z mum; 2 j"